ECLI:NL:GHSHE:2020:3920
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van een minimale contactregeling na een raadsonderzoek met betrekking tot de zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 december 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over de zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige, geboren in 2008. De vader, appellant in deze zaak, had eerder een voorlopige regeling voor contact met zijn kind, die eenmaal per drie weken plaatsvond. De Raad voor de Kinderbescherming had in een rapport geadviseerd om een definitieve regeling vast te stellen, omdat de eerdere regeling goed was verlopen, maar de minderjarige te veel ruimte kreeg om zelf het contact met de vader te bepalen. Het hof heeft vastgesteld dat deze verantwoordelijkheid te groot is voor de minderjarige en dat er behoefte is aan duidelijkheid en voorspelbaarheid in het contact met de vader.
Het hof heeft besloten dat de minderjarige voortaan eenmaal per twee weken van vrijdagmiddag na school tot zondag om 16:00 uur contact heeft met de vader. Dit biedt de minderjarige de mogelijkheid om op zondag bij de moeder te acclimatiseren voor de schoolweek. De ouders zijn vrij om in onderling overleg de regeling aan te passen, maar het hof benadrukt dat zij de regie moeten nemen over het contact. De beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 29 december 2017 is vernietigd en de nieuwe regeling is vastgesteld, waarbij de beschikking uitvoerbaar bij voorraad is verklaard.