ECLI:NL:GHSHE:2019:3260
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen raadsheren van het gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft de wrakingskamer van het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 9 september 2019 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen de raadsheren mr. P.Th. Gründemann, mr. R.A.Th.M. Dekkers en mr. M.E.F.H. van Erve. Het wrakingsverzoek was ingediend naar aanleiding van een beklagprocedure die door de beklagkamer van het hof was behandeld. De verzoeker had in zijn klaagschrift verzocht om de vervolging van diverse politieambtenaren en het Openbaar Ministerie, maar de advocaat-generaal had geadviseerd om verzoeker niet-ontvankelijk te verklaren. De beklagkamer had vervolgens besloten de zaak zonder nader onderzoek af te doen, wat leidde tot de wrakingsprocedure.
De wrakingskamer oordeelde dat er geen aanwijzingen waren voor vooringenomenheid van de raadsheren. De beslissing om de beklagzaak zonder nader onderzoek af te doen, werd beschouwd als een rechterlijke tussenbeslissing, waartegen geen wraking kan worden ingediend. De wrakingskamer benadrukte dat de raadsheren uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, en dat verzoeker niet voldoende feiten had aangedragen die zouden wijzen op een schending van dit beginsel. De wrakingskamer wees het verzoek tot wraking af en bepaalde dat de beklagprocedure voortgezet zou worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het wrakingsverzoek.