Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
162 (honderdtweeënzestig) dagen.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 26 april 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte, geboren in 1973, was in hoger beroep gegaan tegen een eerder vonnis van 14 april 2015, waarin hij was veroordeeld voor het voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie. De advocaat-generaal vorderde vernietiging van het vonnis en veroordeling tot een gevangenisstraf van zes maanden. De raadsman pleitte voor vrijspraak, stellende dat niet bewezen kon worden dat de verdachte het wapen uit de auto had gegooid. Het hof heeft het bewijs onderzocht, waaronder getuigenverklaringen en DNA-analyses, en concludeerde dat de verdachte het wapen op 9 augustus 2014 in Breda voorhanden had. Het hof oordeelde dat de verdachte, na een achtervolging door de politie, het wapen uit de auto had gegooid. Het hof verwierp de verdediging en achtte de tenlastelegging wettig en overtuigend bewezen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 162 dagen, waarbij rekening werd gehouden met de schending van de redelijke termijn in de procedure.