“2.1. Ingevolge artikel 285 lid 1 sub f Fw, dient in het verzoekschrift of een daarbij te
voegen bijlage, te worden opgenomen een met redenen omklede verklaring waaruit blijkt dat
er geen reële mogelijkheid bestaat om te komen tot een buitengerechtelijke schuldregeling.
Dit vereiste is dwingendrechtelijk voorgeschreven. Zonder een verklaring dat de schuldenaar
tevergeefs pogingen heeft ondernomen om met zijn schuldeisers tot een minnelijk vergelijk
te komen kan de schuldsaneringsregeling niet van toepassing worden verklaard. In de bij
bovengenoemd verzoekschrift gevoegde verklaring wordt gemeld dat crediteuren namens
verzoeker een aanbod is gedaan van 1,634%. Hierbij is uitgegaan van spaarcapaciteit van
€ 70,67 per maand. Verzoeker heeft een fulltime baan, en leaseauto welke hij zowel zakelijk
als privé mag gebruiken. Er wordt door verzoeker geen eigen bijdrage betaald voor de
leaseauto en er is ook geen correctie opgevoerd in de VLTB berekening. Uit de loonstroken
van verzoeker blijkt van een brutoloon van € 1.718,50 en een bijtelling van € 439,82 voor
privégebruik van leaseauto. Over beide bedragen is verzoeker loonheffing verschuldigd. Ter
zitting heeft verzoeker verklaard dat wanneer hij zou afzien van privé gebruik van de auto dit
lastig zou zijn omdat hij dan alle kilometers moest gaan bijhouden. Verder had mevrouw
[medewerker kredietbank] van de kredietbank hem gezegd dat de (netto) € 180,- bijtelling dusdanig laag was dat
dit voor de schuldregeling acceptabel was.