Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
5.Het verloop van de procedure
- het pleidooi op 11 oktober 2018, waarbij partijen pleitnotities hebben overgelegd;
- het op 21 september 2018 bij de griffie binnengekomen H-formulier waarbij namens [geïntimeerde] een akte tot het in het geding brengen van stukken (twee producties) werd toegezonden, welke akte met producties bij het pleidooi in het geding is gebracht;
- het op 26 september 2018 bij de griffie binnengekomen H-formulier waarbij namens [appellante] bij brief van 26 september 2018 producties 53 tot en met 56 werden toegezonden, welke stukken bij pleidooi in het geding zijn gebracht.
6.De beoordeling
Het glas aan te brengen middels stopverf” (hierna: Overeenkomst II);
het glas aan te brengen middels stopverf“ en in kozijnen van de nieuwbouw van 22 januari 2007 voor een totaalbedrag van € 8.600,-- excl btw (hierna: Overeenkomst III);
GLAS
Na ongeveer 5 jaar laat alle stopverf van de buitenruimen[hof: “buitenramen”]
op Herlaer[hof: het kasteel]
los of scheurt zodanig dat er water achter loopt. Dit veroorzaakt houtrot en in de toekomst misschien lekkages.
1.1 Algemeen
3.Inventarisatie en begroting door Opdrachtgever
Onder andere hebben wij de vier vervangen deuren met enkel glas geïnspecteerd. Wij constateerden dat één deur houtrot vertoont in het onderste houten paneel van de deur. Op deze plek van de deur is geen stopverf door verzekerde toegepast. De andere drie vervangen deuren met enkel glas vertonen geen houtrot. Van de heer [werknemer van de tegenpartij] van tegenpartij vernamen wij dat voornoemde deuren zijn vervangen door deuren met isolatieglas. (…)
Daar stopverf nauwelijks in staat is zettingen, uitzetten en krimpen van de bouwdelen op te vangen, vergt bij het gebruik van stopverf dit aanzienlijk meer onderhoud dan wanneer gebruik wordt gemaakt van glaslatten. (…)
(…) in het rapport ten onrechte wordt gesteld dat de gelvelrenovatie van Kasteel Nieuw Herlaer vijf jaar geleden (in 2009) is uitgevoerd. Van verzekerde vernamen wij dat de betreffende gevelrenovatie is uitgevoerd in de periode medio 2006-februari 2007. Van de heer [werknemer van de tegenpartij] van tegenpartij vernamen wij dat na de uitgevoerde gevelrenovatie er geen (schilder)onderhoud is verricht aan de ramen en deuren van Kasteel Nieuw Herlaer. Wij zijn van mening dat bij het gebruik van stopverfzomen meer en frequenter onderhoud nodig is (…). Zeker met betrekking tot de liggende delen van de ramen en deuren zal bij het gebruik van stopverf frequenter onderhoud/controle moeten worden uitgevoerd om een goede beglazingsafdichting te behouden. (…)”
In het eerste rapport van expertise hebben wij u reeds geïnformeerd omtrent onze bevindingen tijdens de uitgevoerde inspectie en de oorzaak van de schade aan de ramen en de deuren van Kasteel Nieuw Herlaer.
Oorzaak van de aantasting van het onderliggende hout ligt in het gebruik van een inferieure kwaliteit stopverf, en/of door onvoldoende grondig reinigen c.q. voorbehandelen van het glas en het onderliggende houtwerk, voordat de stopverf werd aangebracht.
Waar [appellante] aanvoert dat de rechtbank een onjuist feit heeft vastgesteld (mvg 126, 127), berust dat bezwaar op een onjuist citaat en onjuiste lezing van het vonnis (anders dan [appellante] stelt heeft de rechtbank niet overwogen “
heeft geen gehoor gegeven aan dit verzoek” maar “
[appellante] heeft gehoor gegeven aan dit verzoek”)
dat de beglazing zijn fysische waarden behoudt”. [appellante] wijst er volgens [geïntimeerde] terecht op dat de garantie onder het kopje “KITTEN” geen betrekking heeft op de aangebrachte stopverf.
Garantie 10 jaar fabrieksgarantie met komokeur mits in achtneming van de bepaling volgens de garantiebepaling.”
Op het werk wordt een 10 jaar durende garantie met komokeur afgegeven.” (Deze zin is overigens niet opgenomen in de Overeenkomsten I en IV, maar uit de stellingen van partijen blijkt dat zij uitgaan van een zelfde verbintenisrechtelijk ‘regime’ ten aanzien van alle vier de Overeenkomsten).
binnen vijf jaar na aanbrengen gebreken vertonen”. De stopverf is in 2006/2007 aangebracht, [expert 1] voerde in 2014 zijn onderzoek uit. Het rapport van [expert 1] van juni 2014 vermeldt niets over de oorzaak. [geïntimeerde] betwist ook dat de gebruikte stopverf een gebrekkig product was.
[geïntimeerde] destijds niet de meest duurzame oplossing heeft gekozen.”
ineens’ blijkt dat er ‘
heel veel houtrot was, dat het lekte’ (verklaring [indirect bestuurder van appellante] tijdens de comparitie bij de rechtbank). Ook is onduidelijk gebleven waarom zij [geïntimeerde] niet in de gelegenheid heeft gesteld om aanwezig te zijn bij het onderzoek dat [expert 1] op 4 mei 2014 uitvoerde en waarom toen al herstelwerkzaamheden werden uitgevoerd. [appellante] heeft niet, althans onvoldoende onderbouwd gesteld dat het noodzakelijk was om direct herstelwerkzaamheden uit te voeren en dat het niet mogelijk was daarmee te wachten tot 4 juli 2014 toen [expertise] namens de verzekeraar van [geïntimeerde] een onderzoek kwam uitvoeren. [appellante] heeft niet betwist dat toen [expertise] een onderzoek kwam uitvoeren de stopverfzomen al waren vervangen door glaslatten met uitzondering van de schuiframen van vier dakkapellen van de rechterzijgevel. [appellante] heeft bij pleidooi aangevoerd het onbegrijpelijk te vinden dat [expertise] die ramen niet heeft gecontroleerd. Wat daar ook van zij, feit blijft dat in ieder geval de meeste stopverfzomen al vervangen waren en inspectie van de (paar) ramen waarbij dat nog niet het geval was had geen klaarheid voor wat betreft de overige (meer dan 1000) ramen kunnen brengen.
om zijn garantieplicht na te komen’(nog daargelaten dat een garantieplicht ten aanzien van (het aanbrengen van) de stopverf niet is gebleken), in strijd met [appellante] stelling in haar memorie van grieven (randnr. 98). Daar stelt [appellante] immers dat het niet mogelijk was dat [geïntimeerde] zelf voor herstel zorg zou dragen ‘
gezien de korte termijn waarop [geïntimeerde] aan de werkzaamheden had moeten starten’.