ECLI:NL:GHSHE:2019:1087
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake zorgregeling en partneralimentatie na echtscheiding
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 maart 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de zorgregeling en partneralimentatie na de echtscheiding van partijen. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, had eerder in eerste aanleg een echtscheiding aangevraagd, welke door de rechtbank Oost-Brabant was uitgesproken. De vrouw was het niet eens met de beslissingen van de rechtbank over de zorgregeling voor de kinderen en de afwijzing van haar verzoek om partneralimentatie. De man, verweerder in hoger beroep, heeft de grieven van de vrouw betwist en verzocht om bekrachtiging van de eerdere beschikkingen.
Het hof heeft vastgesteld dat partijen de ouders zijn van vier minderjarige kinderen en dat de rechtbank in eerdere beschikkingen de echtscheiding heeft uitgesproken en de zorgregeling heeft vastgesteld. De vrouw heeft in hoger beroep verzocht om wijziging van de zorgregeling, zodat de kinderen in de kerstvakantie en tijdens de feestdagen bij haar zouden verblijven. Het hof heeft de argumenten van beide partijen gehoord en heeft geoordeeld dat de door de ouders gekozen oplossing voor de zorgregeling in de kerstvakantie het meest geschikt is voor de kinderen.
Wat betreft de partneralimentatie heeft het hof de behoefte van de vrouw vastgesteld en de draagkracht van de man beoordeeld. Het hof heeft geoordeeld dat de man in staat is om een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de vrouw te betalen, maar heeft deze vastgesteld op € 667,- per maand, met ingang van de datum waarop de echtscheidingsbeschikking zal worden ingeschreven. De eerdere afwijzing van de partneralimentatie door de rechtbank is vernietigd, maar de alimentatie is met ingang van 15 maart 2020 op nihil gesteld, rekening houdend met de verdiencapaciteit van de vrouw.