Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
2.Feiten
€ 122.836 bestaande uit de onbetaald gebleven loonheffingen van € 120.430 vermeerderd met een verzuimboete van € 2.406 (aanslagnummer [nummer 3] );
- met dagtekening 4 augustus 2009 een naheffingsaanslag loonheffingen tot een bedrag van
€ 641 bestaande uit de onbetaald gebleven loonheffingen (aanslagnummer [nummer 4] ).
€ 62.714. Dit resulteerde in een teruggaaf van € 58.361 (inclusief heffingsrente). Dit bedrag is als volgt verrekend met de volgende naheffingsaanslagen:
- vermindering van de naheffingsaanslag met nummer [nummer 1] met € 46.694;
- vermindering van de naheffingsaanslag met nummer [nummer 2] met € 11.396.
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
De Ontvanger is de tegenovergestelde opvatting toegedaan.
De Ontvanger concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.
4.Gronden
18 december 2008 en voor de naheffingsaanslag [nummer 2] op 31 juli 2009. [B BV] is op
1 oktober 2009 failliet verklaard en het faillissement is op 20 augustus 2014 opgeheven wegens gebrek aan baten, zodat de verjaringstermijn volgens artikel 36 FW zou doorlopen tot 20 februari 2015. Belanghebbende is op 13 februari 2015 aansprakelijk gesteld. Anders dan belanghebbende meent, wordt de verjaringstermijn echter verlengd met de termijn gedurende welke [B BV] in staat van faillissement verkeerde (artikel 4:111, lid 2, onderdeel b, van de Awb), derhalve met 4 jaren, 10 maanden en 20 dagen. Krachtens artikel 4:104 en artikel 4:111, lid 2, onderdeel b, van de Awb zijn de vorderingen van de Ontvanger op [B BV] ten tijde van de zitting van het Hof nog niet verjaard. Daarbij komt, dat krachtens artikel 27 van de IW (vgl. ook artikel 4:110 Awb), de Ontvanger de verjaring kan stuiten, waarmee de verjaringstermijn in zoverre wordt verlengd. De Ontvanger heeft met de brieven, waarvan hij kopieën ter zitting van het Hof heeft overgelegd, aannemelijk gemaakt, dat hij de verjaringstermijnen heeft gestuit.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond, en
- bevestigt de uitspraak van de Rechtbank.