Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
hierna aan te duiden als : [geïntimeerde],
8.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 28 november 2017;
- de akte na tussenarrest van [appellante] ;
- de antwoordakte na tussenarrest van [geïntimeerde] .
9.De verdere beoordeling
Volgens [appellante] dient een medewerker van het Kadaster tot deskundige te worden benoemd, volgens [geïntimeerde] een persoon die kadastrale kaarten kan lezen en vervaardigen en die bouwkundig inzicht heeft.
Partijen zijn het eens met de opdrachten aan de deskundige zoals geformuleerd in de
r.o. 6.7.3. en 6.8.4. van het tussenarrest.
Volgens [geïntimeerde] dient aan de deskundige tevens te worden gevraagd:
(1) op welke diepte de funderingen zich in de grond bevinden en of [appellante] hinder ondervindt van eventueel overstekende gedeeltes van de funderingen (in verband met het bepaalde in artikel 5:21 lid 2 BW);
(2) welke gevolgen het wegnemen van eventueel overstekende gedeeltes van de funderingen heeft voor (de constructie en stevigheid van) de scheidsmuur (in verband met het bepaalde in artikel 5:54 BW).
Het hof zal deze suggesties niet overnemen omdat, gelet op hetgeen tot op heden reeds tussen partijen vaststaat, de extra kosten van het door [geïntimeerde] voorgestelde aanvullende deskundigenonderzoek niet in verhouding staan tot de daarvan te verwachten aanvullende inzichten, met name omdat de kwesties die [geïntimeerde] - kennelijk - aan de orde wil stellen hoofdzakelijk vragen om rechtsoordelen.
[postcode] [kantoorplaats] (telefoon [telefoonnummer] ) bereid gevonden om de benoeming tot deskundige te aanvaarden.
De deskundige dient een kaart op schaal te vervaardigen, waarop:
(a) het verloop van de grens tussen de percelen van partijen conform de kadastrale reconstructie (prod. 6 inleidende dagvaarding) staat ingetekend, en waarop voorts
(b) alle funderingen staan ingetekend waarop de vordering van [appellante] betrekking heeft, zowel van de muur als van de houten schutting van [geïntimeerde] , onder vermelding van de mate waarin zij over de erfgrens zijn gebouwd.
(c) de locatie van de laurierstruiken zoals genoemd onder 8) op de handgeschreven bijlage bij prod. 2 bij de memorie van grieven.
Het hof geeft de deskundige in overweging om zijn bevindingen verder te verduidelijken door middel van (van een toelichting voorziene) foto’s.
Ten slotte dient de deskundige uitdrukkelijk de vraag te beantwoorden of hij voor het overige nog opmerkingen heeft waarvan hij het zinvol acht dat het hof daarvan kennis neemt.
Het hof verstaat dat partijen de deskundige toegang zullen verlenen tot hun tuinen.
Het hof zal [geïntimeerde] daartoe in staat stellen, waarna [appellante] bij antwoordmemorie zal mogen reageren.
10.De uitspraak
r.o. 9.2.2. en 9.2.3. van dit arrest;
verbonden aan
[de vennootschap] ,
Postbus [postbus] ,
[postcode] [kantoorplaats] ;
en ten aanzien van de concept-rapportage- partijen in de gelegenheid stelt opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat uit het schriftelijk bericht van de deskundige moet blijken of aan dit voorschrift is voldaan, terwijl in het bericht tevens melding wordt gemaakt van de inhoud van zodanige opmerkingen en verzoeken;
drie maandennadat door de griffier is bericht dat met het onderzoek kan worden begonnen;
bij brief aan de griffier van dit hofmet afschrift aan de wederpartij (die binnen twee dagen hierop kan reageren bij brief aan de griffier van dit hof met afschrift aan de wederpartij)tegen de hoogte van het voorschot bezwaar heeft/hebben gemaakt, in welk geval het hof op het bezwaar/de bezwaren zal beslissen en de hoogte van het voorschot zal bepalen;