ECLI:NL:GHSHE:2017:5776

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
19 december 2017
Publicatiedatum
19 december 2017
Zaaknummer
200.206.351_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake exclusiviteitsbeding en samenwerkingsovereenkomst

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, ging het om een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Limburg. De zaak betreft een geschil over een samenwerkingsovereenkomst waarin een exclusiviteitsbeding was opgenomen. Appellante, een vennootschap gevestigd te [vestigingsplaats], was in principaal appel en had de rechtbank verzocht om te oordelen over de schending van het exclusiviteitsbeding door de geïntimeerden. De geïntimeerden, waaronder een VOF en enkele natuurlijke personen, waren in incidenteel appel gegaan. De rechtbank had eerder geoordeeld dat er geen sprake was van een soortgelijk evenement als bedoeld in de samenwerkingsovereenkomst, wat door appellante werd betwist.

Tijdens de procedure in hoger beroep hebben partijen pleidooi gevraagd. Het hof heeft de procedure voortgezet en partijen de gelegenheid geboden om pleidooi te houden op 26 maart 2018. De zitting zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie te 's-Hertogenbosch. Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de uiteindelijke uitspraak nog niet is gedaan. Dit arrest is gewezen door de rechters J.A.M. van Schaik-Veltman, O.G.H. Milar en J.I.M.W. Bartelds en is openbaar uitgesproken op 19 december 2017.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling civiel recht
zaaknummer 200.206.351/01
arrest van 19 december 2017
in de zaak van
[de vennootschap],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
appellante in principaal appel,
geïntimeerde in incidenteel appel,
advocaat: mr. R.M.H.H. Tuinstra te Maastricht,
tegen

1.[VOF] VOF,gevestigd te [vestigingsplaats] ,

2.
[geïntimeerde 2] ,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
3.
[geïntimeerde 3] ,wonende te [woonplaats] ,
4.
[geïntimeerde 4] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
geïntimeerden in principaal appel,
appellanten in incidenteel appel,
advocaat: mr. J. van Zinnicq Bergmann te 's-Hertogenbosch,
op het bij exploot van dagvaarding van 5 december 2016 ingeleide hoger beroep van het vonnis van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht van 7 september 2016, gewezen tussen appellante als eiseres in conventie, gedaagde in reconventie en geïntimeerde sub 1, 2 en 3 als gedaagden in conventie, eiseressen in reconventie en geïntimeerde sub 4 als gedaagde in conventie.

1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/03/205214/HA ZA 15-235)

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.

2.Het geding in hoger beroep

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding in hoger beroep;
  • de memorie van grieven, tevens wijziging van eis met producties;
  • de memorie van antwoord in principaal appel, antwoord wijziging eis in principaal appel, memorie van grieven in incidenteel appel van geïntimeerden sub 1, 2 en 3;
  • de memorie van antwoord in principaal appel, tevens memorie van grieven in incidenteel appel van geïntimeerde sub 4;
  • de memorie van antwoord in incidenteel appel met producties.
Geïntimeerden hebben pleidooi gevraagd.

3.De beoordeling

Het hof zal het verzoek om een datum voor pleidooi te bepalen honoreren. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

4.De uitspraak

Het hof:
bepaalt dat partijen gelegenheid wordt geboden voor pleidooi;
bepaalt dat daartoe zitting zal worden gehouden op
26 maart 2018 om 11.00 uurin het Paleis van Justitie aan de Leeghwaterlaan 8 te ’s-Hertogenbosch;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. J.A.M. van Schaik-Veltman, O.G.H. Milar en J.I.M.W. Bartelds en in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 19 december 2017.
griffier rolraadsheer