Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het verloop van de procedure
- de rolbeslissing van 5 september 2017;
- de akte uitlaten van [appellant] ;
- de akte uitlating van Weller Wonen.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen Stichting Weller Wonen. De procedure betreft een geschil over herstel- en reparatiekosten die verband houden met de onderbewindstelling van [appellant]. In eerste aanleg heeft de kantonrechter de bewindvoerder van [appellant] als formele procespartij aangemerkt, terwijl [appellant] zelf in hoger beroep is gegaan. Het hof heeft in zijn rolbeslissing van 5 september 2017 overwogen dat de bewindvoerder in eerste aanleg niet als formele procespartij heeft opgetreden, maar als gemachtigde van [appellant]. Dit roept de vraag op of [appellant] zelf ook als formele procespartij kan optreden in het hoger beroep. Het hof heeft [appellant] in de gelegenheid gesteld om toe te lichten waarom de bewindvoerder niet als formele procespartij in hoger beroep optreedt. Weller Wonen heeft betoogd dat zij [appellant] en niet de bewindvoerder in rechte heeft betrokken, omdat zij niet op de hoogte was van de onderbewindstelling. Het hof heeft vastgesteld dat de vordering van Weller Wonen betrekking heeft op het vermogen van [appellant] en dat de bewindvoerder als formele procespartij moet optreden. Het hof heeft de zaak aangehouden voor een akte van [appellant] om te bevestigen dat de bewindvoerder de procedure als formele procespartij overneemt. De uitspraak is gedaan op 12 december 2017.