4.8.Ten aanzien van de administratie- en bureaukosten (onderdeel a van het uitgavenoverzicht; in totaal € 30.116) heeft belanghebbende gesteld dat deze beheerskosten noodzakelijk zijn om belanghebbende in stand te houden en dus een middel zijn waarmee haar statutaire doelstelling wordt gediend. De Inspecteur heeft zulks onvoldoende gemotiveerd weersproken. Hij heeft zich evenmin op het standpunt gesteld dat de beheerskosten van belanghebbende niet in redelijke verhouding staan tot de bestedingen ten behoeve van het doel van de stichting. Een en ander leidt tot de conclusie dat het bepaalde in artikel 1a, lid 1, onderdeel g, van de Uitvoeringsregeling AWR niet aan het behoud van de ANBI-status in de weg staat.
4.9.1.Ten aanzien van de promotiekosten (onderdeel b van het uitgavenoverzicht; in totaal € 19.118) heeft belanghebbende gesteld dat zij de gemeenschappelijke meditatie promoot door middel van bijdragen aan promotiemateriaal en aan de uitgave van het blad [woonwijk-nieuws] . Zij tracht op deze wijze transcendente meditatie meer onder de aandacht te brengen teneinde personen aan te moedigen om deel te nemen aan de activiteiten van het [woonwijk] .
4.9.2.Onderdeel h van het uitgavenoverzicht behelst een bijdrage ad € 2.500 voor het ontwikkelen van een website. Op deze website is onder andere informatie te vinden over het [woonwijk] , locaties waar transcendente meditatie gezamenlijk kan worden beoefend, TM- en TM-Sidha-leraressen en het programma voor transcendente meditatie.
4.9.3.Gelet op artikel 2, lid 2, onderdeel B van belanghebbendes statuten behoort tot belanghebbendes doelstelling het verrichten van activiteiten waarbij informatie wordt verstrekt over belanghebbendes doelstelling.
4.9.4.De Inspecteur heeft onvoldoende weersproken waarom de hiervoor vermelde feitelijke werkzaamheden niet zouden passen binnen de statutaire doelstelling van belanghebbende. Zonder nadere toelichting, die niet is gegeven, valt niet in te zien waarom voormelde bijdragen ten behoeve van de promotie van de gemeenschappelijke meditatie en het [woonwijk] en het ontwikkelen van vorenbedoelde website niet onder belanghebbendes ruim geformuleerde doelstelling valt.
4.9.5.Dit leidt tot de conclusie dat deze feitelijke activiteiten vallen binnen de in artikel 2 van belanghebbendes statuten formuleerde algemeen nut beogende doelstelling en statutaire activiteiten en daarmee dat deze feitelijke activiteiten rechtstreeks erop zijn gericht enig in artikel 5b, lid 3, AWR bedoeld algemeen nut te dienen.
4.10.1.Ten aanzien van de bijdrage ad € 350 voor TM-cursus (onderdeel c van het uitgavenoverzicht) heeft de Inspecteur erkend dat deze bijdrage is gedaan conform belanghebbendes statutaire doelstelling. Van deze uitgave is derhalve niet in geschil dat die rechtstreeks erop is gericht enig in artikel 5b, lid 3, AWR bedoeld algemeen nut te dienen.
4.10.2.Belanghebbende heeft gemotiveerd betoogd dat de uitgaven ad in totaal € 5.250 voor de sidhicursus (onderdeel k van het uitgavenoverzicht) volledig zijn gedaan in lijn met en gericht op het bereiken van belanghebbendes statutaire doelstelling. Weliswaar zijn met deze bijdragen eveneens de belangen van minderbedeelde deelnemers gediend, maar deze belangen zijn, aldus belanghebbende, ondergeschikt aan het hogere doel waarnaar belanghebbende streeft.
4.10.3.Zonder nadere toelichting, die door de Inspecteur niet is gegeven, valt niet in te zien waarom de bijdragen uitgaven ad € 350 wel en die van € 5.250 niet zou zijn gedaan conform de statutaire doelstelling van belanghebbende. De Inspecteur heeft het onder 4.10.2 weergegeven betoog van belanghebbende onvoldoende gemotiveerd bestreden.
4.10.4.Dit leidt tot eenzelfde conclusie als hiervoor onder 4.9.5 weergegeven.
4.11.1.Ten aanzien van het verstrekken van een bijdrage voor het grafisch ontwerp voor een logo voor de stichting [G] ad € 1.041 (onderdeel d van het uitgavenoverzicht) heeft belanghebbende gesteld dat de Stichting [G] [J] zich inzet voor de bouw van [K] woningen in [L] . Mede daardoor kan een uitbreiding van het aantal beoefenaren van het TM-sidhi programma plaatsvinden, aangezien het de verwachting is dat de toekomstige bewoners van de wijk die de Stichting [G] [J] gaat realiseren, zullen gaan participeren in de gezamenlijke Transcendente Meditatie. In het beleidsplan 2011-2012 is vermeld dat belanghebbende, teneinde haar statutaire doelstelling te bereiken, ondersteuning zal verlenen van de bouw van huizen door de Stichting [G] [J] . Belanghebbende betoogt dat deze feitelijke werkzaamheid past in de statutaire activiteit, zoals omschreven in artikel 2, lid 2, onderdeel A, sub a van haar statuten.
4.11.2.Ten aanzien van de bijdragen ad € 1.190 en € 1.798 aan het kunstwerk voor het 25-jarig bestaan van het [woonwijk] (onderdeel g van het uitgavenoverzicht) heeft belanghebbende gesteld dat deze uitgaven geheel vallen binnen de statutaire doelstelling omdat deze rechtstreeks in verband staan met het stichten en in stand houden van het [woonwijk] . In het kunstwerk zijn vier gieters verwerkt, met de boodschap van [H] dat je de wortelen moet begieten om van de vruchten te genieten. Dit verwijst naar een oproep van [H] om als gelijkgezinden samen in één wijk te wonen. Bovendien heeft het kunstwerk een permanent karakter in de openbare ruimte, waarmee het geen ander belang dient dan het algemeen belang.
4.11.3Belanghebbende heeft voorts betoogd dat het stichten en in stand houden van een woongemeenschap rechtstreeks bijdraagt aan het scheppen van de mogelijkheid dat minimaal vierhonderd personen gezamenlijk tweemaal per dag het TM- en TM-sidhiprogramma beoefenen. Het [woonwijk] zorgt ervoor dat de groep mediterenden geografisch gezien geconcentreerd is. Dit bevordert de mogelijkheden om gezamenlijk te kunnen mediteren. Het vergemakkelijkt het fysiek samenzijn, waardoor de bewoners van het [woonwijk] elkaar beter kunnen motiveren om dagelijks te mediteren.
4.11.4.Volgens de statuten van belanghebbende behoort tot haar statutaire activiteiten het ontwikkelen van projecten ten behoeve van (artikel 2, lid 2, onderdeel A, sub a) woongelegenheid voor gezamenlijk mediterenden en (sub b) huisvesting om het gezamenlijke meditatieprogramma te beoefenen. Gelet op het onder 4.4 en 4.5 overwogene worden feitelijke werkzaamheden die in het kader van belanghebbendes doelstelling worden verricht, geacht rechtstreeks erop gericht te zijn enig in artikel 5b, lid 3, AWR bedoeld algemeen nut te dienen.
4.11.5.De Inspecteur heeft onvoldoende bestreden de verwachting dat de toekomstige bewoners van de wijk die de Stichting [G] [J] gaat realiseren zullen gaan participeren in de gezamenlijke Transcendente Meditatie. De Inspecteur heeft ook voor het overige onvoldoende feiten en/of omstandigheden aangevoerd die kunnen leiden tot de conclusie dat voormelde feitelijke activiteiten niet zijn verankerd in belanghebbendes statutaire activiteiten. De bijdragen aan het logo en het kunstwerk vallen derhalve in belanghebbendes streven om mogelijkheden te scheppen voor minimaal vierhonderd personen om gezamenlijk het TM- en TM-sidhiprogramma te beoefenen.
4.11.6.Dit leidt tot eenzelfde conclusie als hiervoor onder 4.9.5 weergegeven.
4.12.1.Ten aanzien van de bijdragen aan het onderwijscentrum, de Stichting Onderwijs Wetenschap der Creatieve Intelligentie (SOWCI), ad € 500 en € 3.971 (onderdeel e van het uitgavenoverzicht) heeft belanghebbende gesteld dat de stichting SOWCI een stichting is die de meditatieruimten beschikbaar stelt en cursussen verzorgt. Belanghebbende heeft gesteld dat deze bijdragen vallen binnen de statutaire activiteit van artikel 2, lid 2, onderdeel A, sub d, te weten het scheppen van voorwaarden voor onderwijs op basis van de systematische ontwikkeling van het bewustzijn voor de betrokkenen.
4.12.2.Met betrekking tot een bedrag van € 150 dat in 2013 als bijdrage is verstrekt voor het maken van een film, gemaakt door groep 8 van de basisschool (onderdeel i van het uitgavenoverzicht), heeft belanghebbende gesteld zij deze bijdrage heeft gedaan op grond van de hiervoor vermelde statutaire activiteit en dat zij in dat kader incidenteel een bijdrage aan de basisschool verstrekt.
4.12.3.De Inspecteur heeft onvoldoende feiten en/of omstandigheden gesteld die kunnen leiden tot het oordeel dat de bijdragen niet bijdragen of hebben kunnen bijdragen aan het verwezenlijken van voormelde doelstelling van belanghebbende.
4.12.3.Dit leidt tot eenzelfde conclusie als hiervoor onder 4.9.5 weergegeven.
4.13.1.Ten aanzien van de bijdragen aan de gemeenschapsactiviteiten in het [woonwijk] ten bedrage van € 445 en € 110 (onderdeel f van het uitgavenoverzicht) heeft belanghebbende aangevoerd dat deze uitgaven zijn te scharen onder de statutaire activiteiten zoals opgesomd in artikel 2, lid 2, onderdeel A, sub e van de statuten.
4.13.2.Ten aanzien van de bijdrage ad € 4.000 aan de stichting [H] (onderdeel l van het uitgavenoverzicht) heeft de Inspecteur in zijn brief van 30 januari 2012 geciteerd uit informatie die hij aantrof op de website van belanghebbende, waaronder – voor zover van belang de volgende passage:
“
Tenslotte mag niet onvermeld blijven dat het dorp de mogelijkheid biedt gebruik te maken van een eigen gezondheidszorg in de vorm van de [H] . Deze gezondheidszorg is gebaseerd op de zeer oude holistische, vedische kennis. Men heeft ook de mogelijkheid een reinigingskuur te volgen in de [HH] kliniek van het dorp.”
4.13.3.Belanghebbende heeft erop gewezen dat het scheppen van voorwaarden voor mogelijkheden voor gezondheidszorg eveneens valt onder haar statutaire - het algemeen nut beogende - in artikel 2, lid 2, onderdeel A, sub e van de statuten opgesomde activiteit.
4.13.4.Belanghebbende heeft ten aanzien van deze beide feitelijke activiteiten gesteld dat het bieden van recreatie en gezondheidszorg tot de randvoorwaarden behoort die het samenwonen in het [woonwijk] bevordert en derhalve rechtstreeks gericht is op het bereiken van haar statutaire doelstelling. Voorts bestrijdt zij de opmerking van de Inspecteur dat puur sprake is van het bieden van ontspanning en gezellig verkeer.
4.13.5.De Inspecteur heeft geen feiten en/of omstandigheden gesteld die kunnen leiden tot het oordeel dat deze feitelijke activiteiten vallen buiten de statutaire activiteiten van belanghebbende.
4.13.6.Dit leidt tot eenzelfde conclusie als hiervoor onder 4.9.5 weergegeven.