Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
12.Het verloop van de procedure
- de akte “uitlating handelwijze deskundige”, tevens bevattende een verzoek tot benoeming van een andere deskundige, met producties, van [appellant] ;
- de akte uitlating handelwijze deskundige van [geïntimeerde] .
13.De verdere beoordeling
Wat hiervan zij: het hof begrijpt dat [appellant] weliswaar bezwaren heeft tegen de volgens hem onvoldoende voortvarende handelwijze, maar daar geen gevolgtrekkingen aan verbindt.
Voorop wordt gesteld dat het blokkeringsrecht - zie art. 7:464 lid 2 BW - in de eerste plaats ziet op het recht van de betrokkene om te beslissen of hij zelf de uitslag van het onderzoek wil vernemen, en voorts of de opdrachtgever of wederpartij daarvan kennis kunnen nemen. Anders dan dr. Dellemijnin zijn brief van 24 maart 2017 aan de raadsheer-commissaris lijkt te veronderstellen, wordt de vraag of de medisch deskundige informatie kan opvragen bij en verstrekken aan andere medische deskundigen niet door het blokkeringsrecht, maar in het algemeen door het medisch beroepsgeheim beheerst.
”
aande andere geneesheren, maar op het verstrekken van informatie
doordie andere geneesheren aan dr. Dellemijn.
“Kunt u mijn onderstaande tekst ondersteunen?”- dat in de genoemde brief dr. Dellemijn een tekst heeft geconcipieerd met het verzoek aan de andere geneesheren om te bevestigen of zij met die tekst konden instemmen. Hij meent dat dr. Dellemijn daarmee teveel heeft getracht die andere geneesheren te sturen.
Dat is echter niet evident. Het kan ook zijndat het dr. Dellemijn er slechts om ging om - voor zijn eigen begrip - een bevestiging te vragen of de door hemzelf op basis van de gegevens waarover hij de beschikking had gemaakte samenvatting met betrekking tot de klachten en behandelingen van 2010 tot en met 2015 - behandelingen, kennelijk uitgevoerd in het ziekenhuis waarin dr. [naam 1] werkzaam was - steun vond in het medische dossier aldaar. Daar is niet zoveel mis mee.
Het is echter vooral [appellant] zelf, niet [geïntimeerde] , die het meeste belang heeft bij snelle afdoening. Kennelijk weegt zijn bezwaar tegen verdere vertraging, wat hem betreft, niet op tegen handhaving van een deskundige waarin hij meent geen vertrouwen meer te kunnen stellen.
Het verzoek in het incident is gegrond.
Komen zij tot overeenstemming, dan kunnen zij dit bij gelijktijdig te nemen aktes mededelen.