6.2.1.De vrouw heeft – voor zover thans van belang – in eerste aanleg in conventie gevorderd:
de man te veroordelen om binnen tien dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis, de voormalige echtelijke woning aan het adres [adres] te [plaats 1] (hierna: de woning) over te nemen tegen de minimale waarde van € 335.000,-, althans een door de rechtbank na deskundigenbericht vastgestelde waarde, onder voldoening van een bedrag van minimaal € 79.333,23 aan de vrouw en onder de last en de verplichting om de hypothecaire verplichting rustende op de woning over te nemen en de vrouw ter zake te vrijwaren, zulks op straffe van een dwangsom van € 1.000,- per dag voor iedere dag dat de man in gebreke blijft aan deze vordering te voldoen;
de man te veroordelen om aan de vrouw een gebruiksvergoeding te voldoen over de periode dat hij met uitsluiting van de vrouw gebruik heeft gemaakt van de voormalige echtelijke woning en derhalve per 17 juni 2009, althans per datum inschrijving echtscheiding op 5 januari 2010, van € 3.173,33 op jaarbasis, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, totdat de man heeft zorggedragen voor overname van de woning, danwel de woning aan een derde is verkocht en geleverd;
de man te veroordelen om aan de vrouw te voldoen de helft van de waarde van de rekening bij de [bank] genaamd ‘ [bank] Toekomstsparen’ met rekeningnummer [rekeningnummer] , welke rekening aan de man kan worden toebedeeld, te vermeerderen met de wettelijke rente per 17 juni 2009, althans per 5 januari 2010, tot de dag der dagvaarding, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
e man te veroordelen om aan de vrouw te voldoen de helft van de waarde van de
beleggingsverzekering van [verzekeraar 1] met polisnummer [polisnummer 1] te vermeerderen
met de wettelijke rente per 17 juni 2009, althans per 5 januari 2010, tot de dag der
dagvaarding, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
de man te verplichten inzicht te verschaffen in de waarde van zijn meubelmakerij en te
bepalen dat de helft van de waarde van beide vennootschappen tussen partijen bij helfte
dient te worden verdeeld, waarbij de man wordt veroordeeld de helft van de betreffende
waarde aan de vrouw te voldoen, te vermeerderen met de wettelijke rente per 17 juni 2009, althans per 5 januari 2010 tot de dag der dagvaarding, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag;
de man te veroordelen om binnen tien dagen na betekening van het in dezen te wijzen
vonnis een afschrift van de polis van [verzekeraar 2] met nummer [polisnummer 2] aan de vrouw ter
inzage te verstrekken, zulks op verbeurte van een dwangsom van € 500,- per dag of
gedeelte van de dag dat de man in gebreke blijft om aan de veroordeling te voldoen;
de man te veroordelen in de kosten van het geding, aan de zijde van de vrouw gevallen, en de wettelijke rente daarover binnen 14 dagen na betekening van het vonnis.
Subsidiair:
Voor het geval de man niet in staat en/of bereid is om de woning over te nemen:
a. de man te veroordelen om binnen twee dagen na betekening van het in dezen te
wijzen vonnis, medewerking te verlenen aan de verkoop en de levering van de
woning en ter zake opdracht te verstrekken aan de door de rechtbank aan te wijzen makelaar, zulks op straffe van dwangsommen van € 1.000,- per dag voor iedere dag dat de man in gebreke blijft om zijn medewerking te verlenen de opdrachtovereenkomst te ondertekenen;
de man te veroordelen om binnen twee dagen na betekening van het in deze te wijzen
vonnis, medewerking te verlenen aan de verkoop en de levering van de woning aan een derde indien de woning kan worden verkocht voor een bedrag gelijk aan of hoger als zijdens de door de rechtbank benoemde makelaar is getaxeerd met een marge van € 10.000, naar beneden, zulks op straffe van dwangsommen van € 1.000,- per dag voor iedere dag dat de man in gebreke blijft om zijn medewerking te verlenen aan de verkoop en/of levering en onder de bepaling dat bij een overwaarde gelijk aan of hoger dan een bedrag ad € 158.666,46 deze overwaarde aan partijen gelijkelijk bij helfte toekomt en dat bij een overwaarde lager dan € 158.666,46 aan de vrouw toekomt een bedrag ad € 79.333,23 en het resterende bedrag aan overwaarde aan de man.
6.2.2.De man heeft – voor zover thans van belang – in eerste aanleg in (voorwaardelijke) reconventie gevorderd:
de vrouw te veroordelen om aan de man te voldoen de helft van de negatieve waarde van zijn meubelmakerij ad € 195.577,-, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente per 7 maart 2012, althans een door de rechtbank te bepalen datum, tot de dag der algehele voldoening;
de vrouw te veroordelen in de kosten van die procedure, waaronder begrepen het salaris van de advocaat van de man.
6.2.4.De rechtbank heeft in het beroepen vonnis van 27 augustus 2014 partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het vermelde in rov. 2.2 van dat vonnis, die ziet op de aanwijzing van een makelaar ten behoeve van de verkoop van de woning, en heeft iedere verdere beslissing aangehouden.
In het beroepen eindvonnis van 12 november 2014 heeft de rechtbank in conventie en in reconventie, voor zover thans van belang:
de man veroordeeld om binnen twee dagen na betekening van dat vonnis medewerking te verlenen aan de verkoop van de woning en ter zake opdracht te verstrekken aan makelaar [makelaar] te [plaats 2] , op straffe van een dwangsom van € 1.000,- per dag voor iedere dag dat de man daaraan niet voldoet met een maximum van € 100.000,-;
de man veroordeeld om binnen twee dagen na betekening van dat vonnis medewerking te verlenen aan de verkoop en levering van de woning aan een derde indien de woning kan worden verkocht voor een bedrag gelijk aan of hoger als de door makelaar [makelaar] te bepalen waarde met een marge van € 10.000,- naar beneden, op straffe van een dwangsom van € 10.000,- voor iedere dag dat de man daaraan niet voldoet, met een maximum van € 100.000,--;
bepaald dat de man en de vrouw ieder binnen een week na ondertekening van de verkoopopdracht aan makelaar [makelaar] het bedrag van € 322,50,- (basispakket) dienen te betalen;
bepaald dat de kosten van makelaar [makelaar] zoals genoemd in rov. 2.1.3 van dat vonnis (courtage en eventuele doorplaatsingskosten) bij verkoop en levering van de woning in mindering zullen worden gebracht op de overwaarde en dat daarna het restant van de overwaarde tussen partijen gelijkelijk wordt verdeeld;
bepaald dat de man aan de vrouw een gebruiksvergoeding dient te betalen van € 231,- per maand ingaande 17 juni 2009 tot de dag van verkoop en levering van de woning, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 juni 2009, met dien verstande dat het maandbedrag van € 231,- bij verkoop en levering van de woning dient te worden herberekend op de wijze zoals vermeld in het vonnis van 27 augustus 2014 in rov. 2.3;
bepaald dat de man aan de vrouw uit hoofde van het in het vonnis van 27 augustus 2014 in rov. 2.5. tot en met 2.8, 2.10 en 2.12 besliste (welke rechtsoverwegingen samengevat zien op de [bank] Totaalpakket-rekening, de [bank] InternetBonusSparen-rekening, de [bank] ToekomstSparen-rekening, de beleggingsverzekering bij [verzekeraar 1] , de [bank] Spaarloonrekening en de inboedel), dient te betalen € 12.854,90, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 17 juni 2009;
de man veroordeeld om binnen tien dagen na betekening van dat vonnis een afschrift van de polis van [verzekeraar 2] met nummer [polisnummer 2] aan de vrouw ter inzage te verstrekken, zulks op verbeurte van een dwangsom van € 500,- per dag of gedeelte daarvan dat daaraan niet wordt voldaan, met een maximum van € 10.000,-;
bepaald dat de man aan de vrouw uit hoofde van het in het vonnis van 27 augustus 2014 in rov. 2.11 besliste ten aanzien van de vennootschappen van de man dient te betalen € 5.183,-, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 31 december 2012;
de kosten van de procedure tussen partijen gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
het meer of anders gevorderde afgewezen.