Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 3873240/420 CV EXPL 15-1643)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met één productie;
- de memorie van antwoord;
- de akte correctie kennelijke verschrijving in memorie van grieven van [appellante] .
3.De beoordeling
“
U stemt in met het feit dat u dinsdag 17 september weer om 07.30 uur gaat werken bij onze opdrachtgever [bedrijf] .
dat dat niet kon, dat we hierover een andere afspraak hadden gemaakt en dat ze op dinsdag bij een klant aanwezig moest zijn om te werken”. [medewerker van geintimeerde] is daarbij gebleven en volgens haar was [appellante] daarmee akkoord (proces-verbaal getuigenverhoor [medewerker van geintimeerde] ). Dit betekent dat de melding van [appellante] , dat zij niet kwam werken, niet kan worden beschouwd als werkweigering. [geïntimeerde] heeft overigens niet betwist dat [appellante] , als zij had moeten werken, naar Nederland was teruggekomen. Maar ook als het hof er wel vanuit gaat dat het telefoongesprek zo is verlopen dat [appellante] duidelijk heeft gemaakt dat zij niet zou komen werken, dan nog, is het hof van oordeel dat van werkweigering uiteindelijk geen sprake is geweest en wel om de volgende reden.
En [coördinator van geïntimeerde] heeft [appellante] vrij?”. [coördinator van geïntimeerde] heeft daarop om 19.15 uur per sms geantwoord: “
Heeft vrij.” (zie proces-verbaal getuigenverhoor [coördinator van geïntimeerde] ).
En [coördinator van geïntimeerde] heeft [appellante] nog vrij, want dat is belangrijk voor ons?”, “
Ja, zij heeft vrij.” (proces-verbaal comparitie van partijen van 22 april 2015). [geïntimeerde] heeft de deskundigheid van de tolk en de door haar vertaalde inhoud van de sms’en niet betwist.
En [coördinator van geïntimeerde] heeft [appellante] vrij?” per sms van 19.15 uur had geantwoord: “
Heeft vrij.” (zie rov. 3.7).
Heeft vrij” doorgegeven. Dat betekent niet dat [appellante] hoefde te twijfelen aan de goedkeuring van [medewerker van geintimeerde] hiervoor. [medewerker van geintimeerde] had weliswaar eerder die middag, kort voor 17.00 uur, geen goedkeuring voor het verlof verleend, maar [appellante] heeft daarna om 19.14 uur opnieuw om verlof verzocht en [coördinator van geïntimeerde] heeft daarop bevestigend geantwoord. De bewoordingen
“Heeft vrij”hoefden door [appellante] niet anders te worden opgevat dan dat zij toch, alsnog, toestemming had voor verlof.
[appellante] heeft tijdens de zitting in eerste aanleg aangegeven dat zij tot die datum (22 april 2015) niet heeft gewerkt. [geïntimeerde] heeft dit niet, althans onvoldoende weersproken.
4.De uitspraak
€ 94,19 aan dagvaardingskosten,
€ 78,- aan griffierecht,
€ 1.200,- aan salaris advocaat in eerste aanleg, en
€ 94,08 aan dagvaardingskosten,
€ 314,- aan griffierecht,
€ 1.158,- aan salaris advocaat voor het hoger beroep,
en voor wat betreft de nakosten op € 131,- indien geen betekening plaatsvindt, dan wel op € 199,- vermeerderd met de explootkosten indien niet binnen veertien dagen na de datum van dit arrest is voldaan aan de bij dit arrest uitgesproken veroordelingen en betekening van dit arrest heeft plaatsgevonden;