Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
5.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 26 juli 2016;
- het proces-verbaal van comparitie van partijen van 20 oktober 2016;
- het proces-verbaal van voortzetting comparitie van partijen van 7 november 2016.
6.De verdere beoordeling
klachten te laten verhelpen en in te
strek van de bestrating opgesloten hoort te zijn door een opsluitband of een steen in beton”. Bij dit rapport zit een op 22 januari 2012 gedateerde offerte van [Bestratingen] voor
(…) Nu, hoewel inmiddels anderhalf jaar later, is te zien dat het straatwerk vooral aan het terrasgedeelte golvingen vertoont en een afschot dat naar het (deels hoger gelegen) gazon loopt i.p.v. naar de afwateringsgoten. Verder vertoont het straatwerk plaatselijke verzakkingen, verstoringen van het verband en ongelijkheden t.o.v. de banden, garagevloer en openbare bestrating. (…)
(…) Eén van de belangrijkste klussen bij het bestraten is wel het inwassen ook wel invegen genoemd van de bestrating. Het op een juiste manier inwassen van het straatwerk (…) zorgt ervoor dat de bestrating mooi op zijn plek blijft liggen zonder te verzakken. Wanneer de bestrating nog niet ingewassen is wordt ten strengste afgeraden deze bestrating te gebruiken. Er kunnen namelijk verzakkingen ontstaan. (p. 5)” en
De bestrating van de hellingbaan vertoont ook enkele verzakkingen en stukken uit de hardstenen banden. (…) De reden van deze verzakkingen in de bestrating zijn het niet inwassen van de bestrating alsook het niet tijdig plaatsen van de opsluitband. Tevens volgt de opsluitband de bestrating niet. De reden is dat de banden niet geplaatst zijn voordat de onderlaag maaszand/straatzand afgetrild werd. De standaard werkvolgorde is namelijk eerst banden stellen en plaatsen en daarna maaszand/straatzand uitstrooien en aftrillen. (p.7)”
in incidenteel beroep/verzoek”) een voorlopig deskundigenbericht te bevelen dan wel een deskundige aan te stellen en verder primair [geïntimeerde] te veroordelen tot vergoeding van schade, nader op te maken bij staat, een voorlopig deskundigenbericht te bevelen dan wel een deskundige aan te stellen en [geïntimeerde] voorts te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten, van de expertisekosten ad € 695,75 en de proceskosten van beide instanties. Subsidiair vordert [appellant] veroordeling van [geïntimeerde] tot betaling van een bedrag van € 4.114,-- (hof: begrote herstelkosten; zie ook rov. 6.2.2), dan wel een door het hof in goede justitie te bepalen bedrag, met rente, buitengerechtelijke kosten van € 536,40, genoemde expertise kosten en de proceskosten.
logisch” was.