Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Converse Inc.,gevestigd te [vestigingsplaats 1] , Massachusetts, Verenigde Staten van Amerika,
Kesbo Sport B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats 2] ,
14.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 22 september 2015;
- het herstelarrest van 8 december 2015;
- het proces-verbaal van de enquête van 21 januari 2016;
- de akte van Converse van 22 maart 2016, houdende overlegging van twee producties;
- de memorie na enquête van Aspo met producties 50 tot en met 70;
- de antwoordmemorie na enquête van Converse met een productie.
15.De verdere beoordeling
- een factuur van Triple Jump Limited te Cyprus d.d. 29 april 2008, nummer 542/2008, betreffende 12.840 paar schoenen Chuck Taylor AS (All Star, naar het hof aanneemt), betreffende goederen bestemd voor Odlicen Sports d.o.o. te Slovenië;
- een factuur 08-569 van 12 mei 2008 van Odlicen Sport d.o.o. gericht aan Dieseel, voor 12.840 paar schoenen.
Bij dit alles komt dat het in zaken als de onderhavige vrijwel per definitie gaat om zaken welke de betrokkenen bij voorkeur zoveel mogelijk verborgen houden. Namaak is verboden en strafbaar; parallelimport van buiten de EU is weliswaar als regel niet strafbaar maar zal enerzijds Converse aanleiding geven tot het ondernemen van actie terwijl anderzijds de ontvanger dan geen bescherming geniet van art. 2.23 BVIE; parallelimport binnen de EU is volkomen legaal maar het is bekend dat de merkrechthouders daar niet om staan te juichen. Dit alles betekent dat rekening moet worden gehouden met de niet geringe kans dat schriftelijke stukken gefingeerd zijn.
Het hof acht het niet opportuun om aan Dieseel nadere informatie te vragen omtrent het bestaan van “ondernemingsrechtelijke gebreken”. Dieseel is immers, hooguit, gevoegde partij en er worden geen veroordelingen ten gunste of ten laste van haar uitgesproken.
,
geoordeeld dat wij met de verhandeling van deze schoenen inbreuk maken op de exclusieve merkrechten van Converse Inc.
”
het ten deze te wijzen vonnis[arrest] de in het lichaam van de dagvaarding bedoelde inbreukmakende (namaak) Converse schoenen”.
Aspo had blijkens de factuur van Dieseel € 19,-- per paar aan Dieseel betaald. Volgens [voormalige directeur/eigenaar Dieseel] , getuigenverklaring van 16 september 2014, lagen de inkoopprijzen in Oost Azië op $ 7,-- tot $ 11,--, de inkoopprijzen van de handelaar op € 28,-- tot € 33,--, en de verkoopprijzen aan de consument op € 69,-- of daaromtrent. [directeur Kesbo] , directeur van Kesbo, noemde bij gelegenheid van het pleidooi op 4 juli 2013 inkoopprijzen in Oost Azië van omstreeks € 12,--.
Tegen de achtergrond van deze inkoop- en verkoopprijzen is de door Converse gevorderde schadevergoeding, voor zover niet bestaande in winstderving, aanmerkelijk te hoog. Zij heeft ook niet uitgelegd - anders dan in algemene bewoordingen, zie conclusie van repliek in eerste aanleg onder randnummer 80 tot en met 89 - waarop het door haar gevorderde bedrag is gebaseerd. Tegen die achtergrond kan het hof niet anders dan schattenderwijze een bedrag vaststellen. Het hof stelt dat bedrag vast op € 10,--.
Zij heeft drie specificaties van de kosten van het hoger beroep in het geding gebracht:
- prod. 44 bij akte van 4 juli 2013;
- prod. 52 bij memorie van antwoord na enquête van 3 maart 2015;
- prod. 55 bij memorie van antwoord na enquête van 22 november 2016;
Het totaal aan honorarium volgens prod. 44 komt op € 33.118,50 en volgens prod. 55 op € 51.338,--; samen € 84.456,50, en hoe Converse dan op € 89.450,40 komt is niet duidelijk. De btw kan dat verschil niet verklaren. Evenmin kan het verschil worden verklaard door voornoemde verschotten.
Bij akte ten behoeve van het pleidooi op 11 maart 2011 heeft Converse een aanvullende specificatie overgelegd als prod. 31. Deze maakte geen onderscheid tussen “worked value” en “billed value” en kwam op een salaris van € 9.112,50, exclusief opslagen, verschotten en btw.
16.De uitspraak
,
geoordeeld dat wij met de verhandeling van deze schoenen inbreuk maken op de exclusieve merkrechten van Converse Inc.