Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
The Office Managementondersteuning,
1.Het verloop van de procedure
2.De grieven in hoger beroep en het incidenteel appel
3.De beoordeling
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 13 februari 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , codenummer [codenummer 1] , pag 6 van 8 e.v. (productie 2 bij beroepschriftberoepschrift SNS):“(…) [op de vraag van verbalisanten wat voor werkzaamheden [medewerker van SNSPF] voor mevr [verweerster] heeft verricht:] Ik adviseer haar en zij betaald mij een stukje aanbrengfee voor het werk dat zij doet voor SNSPF. Opmerking [landenmanager Spanje] (hof: van [medewerker van SNSPF] ): dat wordt door sommige mensen kick backs genoemd hetgeen ik begrepen heb uit hetgeen SMNS stelt. [op de vraag van verbalisanten of de aanbrengfee eenmalig is:] nee dat is een continu proces, hiermee bedoel ik dat ik, via mijn bv [privé-onderneming van medewerker van SNSPF] , een aantal maal per jaar namelijk per kwartaal een detacheringsfee in rekening breng aan mevr [verweerster] . Ik ben deze fee overeengekomen met mevr [verweerster] . Zij betaald mij als ik het goed heb € 50,- per uur dat zij gewerkt heeft voor SNSPF. Zij brengt zelf iets van € 200 per gewerkt uur in rekening bij SNSPF. Ik krijg daar dus een deel van. [op de vraag van verbalisanten wat [medewerker van SNSPF] bedoelt met detacheringsfee:] dit is een vergoeding die ik krijg voor de activiteiten die zij verricht voor SNSPF. [gevraagd naar de reden:] Ik zou het een gunfactor noemen. (…) [op de vraag van verbalisanten wat de reden is dat [medewerker van SNSPF] dan neerzet dat dit coaching en of advies betreft en dit niet wordt vermeld als aanbrengfee:] dit leek mij subtieler. (…)[op de vraag of SNS op de hoogte is van deze constructie:] Nee. [op de vraag van verbalisanten of de afspraak voor het betalen van de aanbrengfee is gemaakt op het moment dat de overeenkomst zoals wij hiervoor besproken hebben (hof: contract [verweerster] /SNSPF) aangegaan en opgemaakt:] Nee dat is in een later stadium gebeurd.”
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 14 februari 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , codenummer [codenummer 2] , pag 5(
Productie 14 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift ):”[gevraagd of de vergoedingen die [medewerker van SNSPF] in rekening bracht aan S, A, [verweerster] en W voor een deel gebaseerd waren op door het verrichte werkzaamheden waarvan hij een urenspecificatie bijhield:] Alle vergoedingen die op hoofdlijn vermeld staan in de facturen die aan S. A, [verweerster] en W heb verstuurd via [privé-onderneming van medewerker van SNSPF] , daar zijn dus geen urenspecificaties van, want zoals ik al gisteren verklaarde de vergoedingen betreffen detacheringsfee’s.(…) Ook als het gaat om de tijd die ik besteed heb aan het coachen van [verweerster] , heb ik geen vastleggingen van gemaakt.”
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 20 februari 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , codenummer [codenummer 3] (productie 5 bij verweerschrift SNS in eerste aanleg, zijnde productie 3 bij het beroepschrift SNS):“[ waar het in het verhoor gaat over met externen werkzaam voor SNSPF en met hen overeengekomen ‘gentlemens agreements’ -waar niets schriftelijk van is vastgelegd- dat [medewerker van SNSPF] een ‘detacheringsfee’ van hen zou ontvangen, op de vraag hoe de afspraak met [verweerster] tot stand is gekomen:] Op mijn initiatief. In de vergoeding van mevr [verweerster] zit ook een adviescomponent verwerkt. Naar aanleiding van het feit dat iedereen zeer tevreden was over de werkzaamheden van mevr [verweerster] en zij op basis hiervan in de mediorsalarislijn wordt ingedeeld. Toen is de discussie verlopen, mevr [verweerster] en ik hebben in het verleden ook op basis van fee’s gewerkt. Ik heb geholpen met het opzetten van haar onderneming en haar netwerkrelaties geholpen. Uiteindelijk zijn we tot een afspraak gekomen dat zij mij een ‘detacheringsfee’ zou vergoeden. (…) [op de vraag van verbalisanten naar de reactie van [verweerster] :] Die vond dat volstrekt normaal er is geen discussie over geweest het wasvolledig vrije wil. Als wij er niet uitgekomen waren dan was er ook niets gebeurd. (…)
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 21 februari 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , codenummer [codenummer 4] (productie 4 bij verweerschrift SNS in eerste aanleg, zijnde productie 3 bij het beroepschrift):“De ‘detacheringsfee’ van [verweerster] , ik denk dat ik die afspraak heb gemaakt op het moment dat [verweerster] in dienst kwam bij SNSPF, ik denk dat deze vergoeding vanaf Q4 2010 is ingegaan. Het ging om een ‘detacheringsfee’ van € 37,50. Later is deze fee verhoogd naar € 50,00. (…)”.
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 19 maart 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , codenummer [codenummer 5] (productie 20 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift SNS):(…) Ik blijf nog steeds van mening dat ik ook advies heb verstrekt aan een aantal mensen (…) [op de vraag van verbalisanten of dit dan alle in rekening gebrachte bedragen dekte:] Niet overal natuurlijk (…). Bij [verweerster] zit er een adviescomponent in. (…) De andere component bestaat uit bemiddelingsfee, plaatsingsfee (…) U noemt het kick back fee (…). Ik wil wel verklaren dat het overgrote deel, laat het drie kwart zijn, van de vergoeding (hof: op dit punt van de verklaring niet concreet geëxpliciteerd tot de vergoeding van [verweerster] ) betrekking heeft op de aangehaalde, en door mij in rekening gebrachte, retourprovisie. (…).”
Proces-verbaal verhoor [medewerker van SNSPF] d.d. 21 maart 2013, Belastingdienst/FIOD, dossiernummer [dossiernummer] , [FIOD Gefisnummer 1] (productie 21 bij akte uitlating bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift ):”(…) Met [verweerster] en W zijn bijzondere afspraken gemaakt ten tijde van de aanname. Die afspraken hielden bij [verweerster] in dat zij € 37,50 per uur aan mij zou betalen, althans zo meen ik mij dat te kunnen herinneren. Toen de tarieven werden verhoogd, is die afdracht bij [verweerster] beperkt verhoogd tot € 50,- per uur. Ook in dit geval werden facturen met een adviesvermelding daarop verzonden. [verweerster] stelde die facturen voor mij op. Die facturen belichaamden een kick back, in combinatie met een stukje advisering dat ik ten behoeve van haar deed. (…) Ik heb geen concrete afspraken met haar gemaakt over de prijs die zij zou moeten betalen voor mijn adviezen. (…) [verweerster] wist dat zij zogezegd om twee redenen aan mij betaalde: kick back en advies. (…)”
zie productie 13 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift) zou zelfs kunnen worden afgeleid dat van alle aan [verweerster] in rekening gebrachte facturen (voor een totaalbedrag van € 159.601,33) slechts van een deel van één daarvan, te weten de factuur d.d. 30 november 2010, voor het bedrag van € 22.343,75 niet van doen heeft met een aanbrengvergoeding en gestuurd is in verband met daadwerkelijk geleverde (advies)diensten door [medewerker van SNSPF] .
(productie 24 bij akte uitlating producties, tevens houdende overlegging producties van [verweerster] van 3 september 2014, zijnde productie 8 bij het beroepschrift)een verklaring met een van de hiervoor vermelde verklaringen afwijkende inhoud heeft afgelegd, maakt niet dat het hof met de eerdere verklaringen geen (laat staan in het geheel geen) rekening houdt.
productie 12 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift) vermelde perioden. Ook het door [verweerster] als productie 23
bij akte uitlating producties, tevens houdende overlegging producties van [verweerster] van 3 september 2014, zijnde productie 8 bij het beroepschriftovergelegde schema inzake advisering en coaching waarvoor aan haar/haar bv gefactureerd werd, betreft slechts de periode Q3 2010 tot en met Q1 2013. In de verklaringen van [verweerster] heeft het hof ook niet gelezen over een expliciete afspraak met [medewerker van SNSPF] dat hij ook nog zou factureren voor werkzaamheden vanaf 2007.
de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift)- voor ongeveer
productie 21 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift).
.De onjuiste beschrijving voor de facturen is gehanteerd om de waarheid (van de kickbacks) te verhullen.
bij verweerschrift SNS in eerste aanleg, zijnde productie 3 bij het beroepschrif,p 6): “(…) maar vrijwel vanaf het begin heb ik dus bruto 137 euro verdiend bij SNSPF waarbij ik 37 betaalde aan [medewerker van SNSPF] en hield ik netto 100 over. [medewerker van SNSPF] noemde dat een constructie dat hij betaald kreeg voor zijn diensten om mij persoonlijk te begeleiden.” … “Toen mijn uurtarief bij SNSPF omhoog ging, langzaam naar 200, ging het aandeel van [medewerker van SNSPF] ook omhoog.”
Productie 21 bij de akte uitlating van 9 juli 2014 door de bank, zijnde productie 7 bij het beroepschrift) heeft ook [medewerker van SNSPF] onder meer verklaard dat hij met [verweerster] ten tijde van de aanname een afspraak heeft gemaakt die inhield dat zij € 37,50 per uur aan [medewerker van SNSPF] zou betalen en dat dit bedrag verhoogd is tot € 50,00 per uur toen de tarieven waartegen [verweerster] voor SNSPF werkte verhoogd werden.
([FIOD Gefisnummer 2] ), SNS. Dit is een door [verweerster] opgemaakte handgeschreven notitie, inhoudende ‘Berekening facturen [privé-onderneming van medewerker van SNSPF] (2010)’ inzake [debiteur] , [landenmanager Spanje] en [verweerster] , waarin telkens op basis van een aantal uren tegen een bepaald tarief (respectievelijk van voor de maanden okt t/m dec € 35,--, okt t/m dec € 50 en voor – voor zover het [verweerster] betreft - de maanden juli en aug € 37,50/voor de maanden sept t/m nov € 50,--) een totaalsom ex btw staat vermeld. Hierin worden de maandelijks door onder anderen [verweerster] bij SNSPF gedeclareerde uren vermenigvuldigd met een vast tarief. Voor wat betreft [verweerster] komen de verschillende vaste tarieven overeen met hetgeen zij heeft gesteld over de door haar te betalen vergoedingen aan [medewerker van SNSPF] . In de door [verweerster] opgemaakte facturen stond dit alles ten onrechte niet aangegeven. De opschriften ervan deden anders vermoeden.
“…die regeling is die jij getroffen hebt met ons ja…”.Nu het hof niet mee gaat in het verweer van [verweerster] dat zij steeds betaalde aan [medewerker van SNSPF] voor werkelijk door hem verrichte werkzaamheden verhoudt deze formulering zich niet meer met de stellin
gvan [verweerster] dat zij er van uitging dat ook anderen werkelijk adviezen zouden hebben gekregen waarvoor betaald werd. Het hof heeft hiervoor reeds geoordeeld dat [verweerster] zich ook in de periode waarin de facturen werden verzonden al bewust was, althans uitdrukkelijk behoorde te zijn, van de aard van de betalingen door haarzelf én door andere externen aan [medewerker van SNSPF] en gaat daarom voorbij aan haar suggestie dat eerst na de mededeling van [landenmanager Spanje] , dat zijn schorsing verband hield met betaalstromen die SNS waren gebleken, bij haar het kwartje was gevallen dat er misschien meer aan de hand was en dat het slechts die pas toen gerezen vrees was die uit het tapverslag van 11 februari 2013 blijkt.