ECLI:NL:GHSHE:2016:4000
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- L.Th.L.G. Pellis
- A.P. Zweers-van Vollenhoven
- P.J.M. Bongaarts
- Rechtspraak.nl
Beoordeling verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling en niet-ontvankelijkheid wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 1 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van [appellante] tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Het hof verwijst naar het vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 9 mei 2016, waarin het verzoek van [appellante] werd afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat [appellante] te goeder trouw was ten aanzien van het ontstaan van haar schulden en dat zij de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling naar behoren zou nakomen.
[appellante] heeft in hoger beroep aangevoerd dat de CJIB-boetes, die voortvloeien uit lichte verkeersovertredingen, niet in de weg zouden mogen staan aan haar toelating tot de schuldsaneringsregeling. Het hof heeft echter vastgesteld dat [appellante] de beroepstermijn met één dag heeft overschreden en dat er geen verschoonbare omstandigheden zijn die deze overschrijding rechtvaardigen. Het hof heeft daarbij opgemerkt dat [appellante] het vonnis op 14 mei 2016 heeft ontvangen en dat haar advocaat het beroepschrift op 17 mei 2016 heeft opgesteld, maar verzuimd heeft dit op tijd in te dienen.
Het hof heeft voorts overwogen dat, zelfs indien het beroep ontvankelijk zou zijn, het verzoek op inhoudelijke gronden niet zou slagen. [appellante] heeft herhaaldelijk verkeersovertredingen begaan, wat getuigt van een gebrek aan saneringsgezinde houding. Het hof concludeert dat [appellante] niet te goeder trouw is geweest in het laten ontstaan van haar schulden en dat de rechtbank terecht het verzoek heeft afgewezen. Het hof bekrachtigt derhalve het vonnis waarvan beroep.