Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. C/03/195822/KG ZA 14-500)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met eiswijziging;
- de memorie van antwoord met één productie.
3.De beoordeling
dat Heemwonen vóór de ontruiming (nog) één keer een met [het adres] te [woonplaats] vergelijkbare woonruimte aan [appellant] dient aan te bieden, welke woonruimte is gelegen in [plaats] en waarvan de huurprijs (inclusief btw, stookkosten, servicekosten en eventuele kosten voor een garage dan wel parkeerplek) maximaal € 675,- bedraagt, en waarbij Heemwonen wel daaraan de voorwaarde mag verbinden dat [appellant] woonbegeleiding aanvaardt.
grief IIop tegen dat oordeel. Volgens de toelichting op die grief voldoet dit aanbod niet, omdat deze woning in meerdere opzichten niet is te vergelijken met de woning aan [het adres] te [woonplaats]. [appellant] verbindt aan deze stelling de conclusie dat de executie van het vonnis van 14 november 2013 vexatoir was, dat Heemwonen daardoor onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk jegens hem is voor de daardoor door hem geleden schade. De schade bestaat volgens [appellant] uit executiekosten ad € 2.500,- en uit maandelijkse lasten van minimaal € 500,- dus tot en met december 2014 € 2.000,-. Daarop ziet vordering III.
Ten slotte is evenmin aannemelijk geworden dat er andere feiten of omstandigheden zijn op grond waarvan Heemwonen in redelijkheid geen gebruik mag maken van haar recht tot executie van het vonnis in kwestie.Volgens de toelichting op deze grief heeft Heemwonen te lang gewacht met het aanbieden van de woning aan [het adres]. Voorts heeft [appellant] aangevoerd dat er na het vonnis van 14 november 2013 geen klachten over hem meer zijn geweest.