3.1.In dit hoger beroep wordt uitgegaan van de volgende feiten.
a. Nedakon Kunststoffen B.V. (hierna: Nedakon) hield zich bezig met het aanleggen en renoveren van daken op projectbasis.
De rechtbank Rotterdam heeft Nedakon bij vonnis van 17 december 2013 in staat van faillissement verklaard en de curator benoemd (productie 1 inleidende dagvaarding).
[appellante] drijft een onderneming op het gebied van vastgoedontwikkeling, projectontwikkeling en aannemerswerkzaamheden, alsmede burgerlijke en utiliteitsbouw.
Voordat Nedakon failleerde heeft zij in opdracht van [appellante] diverse werkzaamheden uitgevoerd, waaronder de projecten bij partijen bekend onder de namen ‘Toyota Garage’, ‘Fioretti College’ en ‘Het Haagsch’.
[appellante] heeft van Nedakon, voor zover hier van belang, de volgende facturen ontvangen (productie 4 inleidende dagvaarding):
- factuur van 29 oktober 2013, nr. 00.20131021, project Toyota Garage, € 260,-;
- factuur van 26 november 2013, nr. 00.20131113, project Fioretti College, € 6.374,-;
- factuur van 16 december 2013, nr. 00.201301203, project Het Haagsch, € 245,-.
De curator heeft [appellante] bij brieven van 16 januari en 7 februari 2014 (productie 5 en 7 inleidende dagvaarding) verzocht het totaalbedrag van deze drie facturen (€ 6.879,-) binnen tien respectievelijk vijf dagen aan haar te voldoen. [appellante] heeft hier geen gehoor aan gegeven.
[appellante] heeft ter zake van de onder d) genoemde projecten vier overeenkomsten opgesteld, alle genaamd ‘overeenkomst van onderaanneming’ (productie 1 t/m 4 incidentele conclusie houdende de exceptie van onbevoegdheid). In deze overeenkomsten wordt [appellante] steeds als hoofdaannemer en Nedakon als onderaannemer aangemerkt. Het betreft de volgende overeenkomsten:
- overeenkomst van onderaanneming met betrekking tot het project Toyota Garage, gedateerd 6 juli 2011, ordernummer OINL04098, werknummer 101307, aanneemsom € 50.500,-;
- overeenkomst van onderaanneming met betrekking tot het project Fioretti College, gedateerd 21 september 2012, ordernummer OINL05087, werknummer 111458, aanneemsom € 170.000,-;
- overeenkomst van onderaanneming met betrekking tot het project Het Haagsch, gedateerd 19 april 2012, ordernummer OINL04713, werknummer 111409, aanneemsom € 180.000,-;
- 1 ste aanvullende overeenkomst van onderaanneming met betrekking tot het project Het Haagsch, gedateerd 26 juni 2012, ordernummer OINL04875, werknummer 111409, aanneemsom € 37.600,-.
In voormelde overeenkomsten van onderaanneming is in artikel 5 - onder meer - het volgende bepaald:
“Op deze overeenkomst zijn van toepassing de uitvoeringsvoorwaarden en de algemene voorwaarden van onderaanneming, inkoop en levering welke als bijlage bij deze overeenkomst zijn gevoegd. De toepasselijkheid van andere algemene voorwaarden wordt uitdrukkelijk van de hand gewezen.”
i. Verder is aan het slot van voormelde overeenkomsten steeds het volgende bepaald:
“
Graag ontvangen wij de bijgevoegde kopieovereenkomst voor akkoord getekend retour binnen 8 dagen na dagtekening. Bij gebreke van dien zal uit het feit dat met de werkzaamheden een aanvang is genomen kunnen worden afgeleid dat u uitdrukkelijk instemt met de tekst van de overeenkomst.”
In de algemene voorwaarden van onderaanneming, inkoop en levering (hierna: de algemene voorwaarden van [appellante] ; productie 5 incidentele conclusie houdende de exceptie van onbevoegdheid) is onder de kop ‘Deel A: Algemeen’, onder ‘Toepassingsgebied’, sub c, het volgende bepaald:
“
Voor zover in de overeenkomst van onderaanneming […] niet anders is bepaald, zijn op de overeenkomst tevens van toepassing de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de Uitvoering van Werken 1989 (UAV 1989).
Deze algemene voorwaarden dienen als aanvulling op de UAV te worden beschouwd en waar ze daarvan afwijken als een wijziging daarvan.”
In de UAV 1989 is in artikel 49 lid 2 bepaald:
“
Alle geschillen, welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor de dag van de aanbesteding luiden.”
In de algemene voorwaarden van [appellante] is onder de kop ‘Deel B: Bijzondere bepalingen in geval van onderaanneming’ in artikel 13 bepaald:
“Met inachtneming van hetgeen dienaangaande in het algemene deel van deze voorwaarden onder het hoofd Toepassingsgebied sub c is gesteld en voor zover daar dus niet anders is bepaald zullen alle geschillen - welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door een der partijen als zodanig worden beschouwd die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, welke daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen hoofdaannemer en onderaannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor de dag van prijsopgave van het door de hoofdaannemer aangenomen werk luiden.”