ECLI:NL:GHSHE:2015:3452
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- L.Th.L.G. Pellis
- P.J.M. Bongaarts
- A.J. Coster
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling wegens onvoldoende bewijs van goede trouw en gebrek aan een minnelijk traject
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 3 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling van een appellante. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had eerder, op 23 juni 2015, het verzoek afgewezen. De appellante had in haar beroepschrift verzocht om vernietiging van dit vonnis en om opnieuw de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing te verklaren. Tijdens de mondelinge behandeling op 26 augustus 2015 werd duidelijk dat de appellante geen minnelijk traject had doorlopen en dat de Kredietbank bij voorbaat had afgezien van een aanbod aan schuldeisers, omdat de schuldpositie onvoldoende helder was en de schuldenlast te hoog. Het hof oordeelde dat dit niet voldeed aan de vereisten van artikel 285 van de Faillissementswet (Fw), die een met redenen omklede verklaring vereist voor het niet doorlopen van een minnelijk traject.
Het hof constateerde verder dat de appellante geen volledige opgave van haar schulden had gedaan, inclusief de ontstaansdata en redenen voor niet-betaling, en dat er geen verificatoire bescheiden waren overgelegd. Ook ontbraken stukken met betrekking tot huwelijkse voorwaarden en medische verklaringen over de gezondheidstoestand van de appellante, die lijdt aan Multiple Sclerose (MS). Hierdoor kon het hof niet toetsen of de schulden te goeder trouw waren ontstaan. Het hof concludeerde dat het verzoek niet voldeed aan de wettelijke vereisten en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarmee de afwijzing van de aanvraag tot schuldsanering werd bevestigd.