Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Onderzoek ter zitting
Beslissing
verklaarthet hoger beroep niet-ontvankelijk.
Gronden
cassatie is gericht.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 27 augustus 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant. De Rechtbank had op 13 november 2013 een uitspraak gedaan in een belastingzaak, waarbij een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting was opgelegd voor het tijdvak van 18 oktober 2012 tot en met 17 januari 2013. De belanghebbende had het hoger beroepschrift gedateerd op 7 januari 2014, maar het Hof oordeelde dat dit niet tijdig was ingediend. De termijn voor het indienen van het hoger beroepschrift eindigde op 7 januari 2014, en het Hof concludeerde dat het beroepschrift pas op 8 januari 2014 ter post was bezorgd, wat betekent dat het niet binnen de wettelijke termijn was ingediend.
Tijdens de zitting op 13 augustus 2015 was de belanghebbende niet aanwezig, terwijl de Inspecteur wel vertegenwoordigd was. Het Hof heeft vastgesteld dat de uitnodiging voor de zitting op de juiste wijze was verzonden, maar dat de belanghebbende niet in staat was om de uitnodiging te ontvangen. Het Hof heeft verder overwogen dat er geen feiten of omstandigheden zijn die erop wijzen dat de belanghebbende niet in verzuim is geweest. Daarom heeft het Hof het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, zonder dat er redenen waren om het griffierecht te vergoeden of om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is aangetekend verzonden aan de partijen op dezelfde dag.