6.2.1.Uit wat in het tussenarrest is overwogen, volgt dat de in geding zijnde vijf huurovereenkomsten gedurende 15 maanden van kracht zijn geweest, te weten van 1 januari 2010 tot en met 31 maart 2011. [geïntimeerden] hebben in hun antwoordmemorie na tussenarrest ten aanzien van elk van de vijf huurovereenkomsten uiteengezet welke huurbedragen:
met betrekking tot het tijdvak van 15 maanden door [appellant] hadden moeten worden betaald;
met betrekking tot het tijdvak van 15 maanden daadwerkelijk door [appellant] zijn betaald;
met betrekking tot het tijdvak van 15 maanden alsnog door [appellant] moeten worden betaald.
Het hof zal de door [geïntimeerden] gegeven uiteenzetting hieronder weergeven:
Met betrekking tot appartementencomplex A ( [geïntimeerde 1] )
verschuldigd € 45.000,00 (€ 3.000,00 per maand)
betaald
€ 25.195,00 -
nog te betalen € 19.805,00
Met betrekking tot appartementencomplex B ( [geïntimeerde 2] )
verschuldigd € 22.500,00 (€ 1.500,00 per maand)
betaald
€ 16.955,00 -
nog te betalen € 5.545,00
Met betrekking tot appartementencomplex C ( [geïntimeerde 3] )
verschuldigd € 17.250,00 (€ 1.150,00 per maand)
betaald
€ 13.650,00 -
nog te betalen € 3.600,00
Met betrekking tot appartementencomplex D ( [geïntimeerde 3] )
verschuldigd € 17.250,00 (€ 1.150,00 per maand)
betaald
€ 13.800,00 -
nog te betalen € 3.450,00
Met betrekking tot appartementencomplex E ( [geïntimeerde 3] )
verschuldigd € 45.000,00 (€ 3.000,00 per maand)
betaald
€ 30.710,95 -
nog te betalen € 14.289,05