Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[geïntimeerde 5] ,
[geïntimeerde 2] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde 3] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde 4] ,
[geïntimeerde 5] ,
[geïntimeerde 6] ,
5.Het verloop van de procedure in de zaak met zaaknummer HD 200.141.089/01
- het tussenarrest van 17 juni 2014, waarbij de voeging is bevolen met de zaak met zaaknummer HD 200.141.370/01;
- de memorie van grieven mede houdende subsidiaire vermeerdering van eis;
- de memorie van antwoord.
6.Het verloop van de procedure in de zaak met zaaknummer HD 200.141.370/01
- het tussenarrest van 17 juni 2014, waarbij de voeging is bevolen met de zaak met zaaknummer HD 200.141.089/01;
- de memorie van grieven met producties;
- de memorie van antwoord.
7.De verdere beoordeling in beide gevoegde zaken
- [geïntimeerden c.s.] zijn veroordeeld om aan [geïntimeerde ] een bedrag van € 541.600,50 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente over dat bedrag met ingang van 20 april 2011 tot de dag van de volledige betaling;
- [geïntimeerden c.s.] zijn veroordeeld tot betaling van de gevorderde buitengerechtelijke kosten ad € 5.160,-;
- [geïntimeerden c.s.] in de proceskosten zijn veroordeeld, inclusief de nakosten.
d a) de vraag of [geïntimeerde ] aanspraak kan maken op een legitieme portie (grieven 1 tot en met 6 van [appellante] in de zaak HD 200.141.370/01)
- dat erflater op 12 december 1979 is verschenen voor districtsinspectrice [districtinspectrice] van de Raad voor de Kinderbescherming district [district] ;
- dat de inspectrice zich heeft vergewist van de identiteit van erflater;
- dat erflater, na uitleg te hebben gekregen van de betekenis van de erkenning van het vaderschap en de onderhoudsplicht, ten overstaan van de inspectrice heeft erkend dat hij de vader is van [geïntimeerde ] en dat hij de verplichting op zich neemt om aan [geïntimeerde ] ingaande haar geboortedatum 23 december 1977 een toelage voor haar levensonderhoud uit te keren zoals omschreven in de akte;
- dat voor de voormelde inspectrice tevens is verschenen de hoofdinspecteur van de Raad voor de Kinderbescherming van het district [district] , [hoofdinspecteur van de raad voor de kinderbescherming] , die de erkenning van het vaderschap (namens de minderjarige [geïntimeerde ] ) heeft goedgekeurd.
d b) de vraag of het saldo op rekeningnummer [rabobankrekeningnummer] bij de Rabobank door de rechtbank terecht is opgeteld bij het bedrag van de nalatenschap zoals vermeld in de successieaangifte (grief 6A van [appellante] in de zaak HD 200.141.370/01)
d c) de vraag of bij de berekening van de legitimaire massa rekening gehouden moet worden met successierechten en kosten voor de afwikkeling van de nalatenschap (grieven 8 en 9 van [appellante] in de zaak met nummer HD 200.141.370/01)
, behorend tot de nalatenschap (grieven 1 en 2 van [geïntimeerde ] in de zaak HD 200.141.089/01)
verpachter:
pachter:
object:
ingangsdatum:
pachtprijs:
d e) de buitengerechtelijke kosten (grief 10 van [appellante] in de zaak HD 200.141.370/01)
d f) de zekerheidstelling (grief 3 van [geïntimeerde ] in de zaak HD 200.141.089/01)