Uitspraak
1.Ontstaan en loop van het geding
1 januari 2012 tot en met 31 december 2012, vastgesteld op € 469.000. Tegelijkertijd met die beschikking is in één geschrift aan belanghebbende de aanslag onroerende zaakbelasting voor het jaar 2012 bekendgemaakt. Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de Heffingsambtenaar bij uitspraak de waarde gehandhaafd.
Aldaar zijn toen verschenen en gehoord belanghebbende, vergezeld van zijn echtgenote,
2.Feiten
1 januari 2010 gewaardeerd op € 536.000.
1 januari 2011 gewaardeerd op € 513.000.
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
€ 475.000, respectievelijk op € 469.000 vastgesteld?
4.Gronden
garage (inpandig) 83 m3
praktijkruimte 134 m3
kelder
50 m3Totaal 832 m3.
De Heffingsambtenaar heeft gesteld dat de door hem berekende inhoud van 832 m3 gebaseerd is op de berekeningen gemaakt naar aanleiding van de inpandige opname verricht door de taxateur de heer [B] aan de hand van de bouwtekeningen, welke bouwtekeningen niet afwijken van de ter plaatse aangetroffen situatie. Belanghebbende heeft zijn blote stelling dat de inhoud 795 m3 bedraagt, niet nader onderbouwd, aldus de Heffingsambtenaar. Voorts stelt de Heffingsambtenaar, dat zelfs als zou rekening worden gehouden met de door belanghebbende gestelde inhoud van 795 m3, de getaxeerde waarden, gelet op de overgelegde matrices, hoger zouden liggen dan de beschikte waarden, namelijk op € 513.000 voor het jaar 2011, respectievelijk op € 492.000 voor het jaar 2012.
5.Beslissing
door J. Swinkels, voorzitter, P. Fortuin en G.J. van Muijen, leden, in tegenwoordigheid van V.G.M.P. Bouten, griffier. De beslissing is op die datum ter openbare zitting uitgesproken en afschriften van de uitspraak zijn op die datum aangetekend aan partijen verzonden.