ECLI:NL:GHSHE:2014:4497
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling en verwijzing naar begeleide omgangscontacten in het kader van de module BOR
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om een omgangsregeling tussen de vader en zijn kinderen, [zoon 1] en [zoon 2]. De moeder, appellante in deze zaak, heeft in hoger beroep beroep gedaan op de eerdere beschikking van 5 juni 2014, waarin het hof had bepaald dat de vader en de kinderen gerechtigd zijn tot contact in het kader van de module Begeleide Omgangsregeling (BOR) fase 2 van Xonar. De moeder heeft echter bezorgdheid geuit over de impact van deze regeling op de kinderen, die al eerder onder druk stonden door de situatie met de vader. Het hof heeft kennisgenomen van de e-mail van de raad van 22 juli 2014, waarin werd aangegeven dat partijen de module BOR fase 2 al hadden doorlopen, wat aanleiding gaf tot een nadere mondelinge behandeling op 23 september 2014.
Tijdens deze behandeling heeft de moeder verklaard dat de vader tegenstrijdig handelt en dat de kinderen, vanwege eerdere ervaringen, angstig zijn voor de vader. De raad heeft aangegeven dat er mogelijkheden zijn voor verwijzing naar de module BOR niveau 3 van de Mutsaersstichting, die meer intensieve begeleiding biedt. Het hof heeft geconcludeerd dat de omstandigheden niet zijn veranderd sinds de vorige behandeling en dat er behoefte is aan intensieve deskundige begeleiding om de belemmeringen voor contactherstel te overwinnen. Het hof heeft daarom besloten om partijen te verwijzen naar de module BOR niveau 3, waarbij ook aandacht zal zijn voor de organisatie van het ouderschap en de communicatie tussen de ouders.
De beslissing van het hof houdt in dat de vader en de kinderen gerechtigd zijn tot contact in het kader van de module BOR niveau 3, en dat de verdere behandeling van de zaak pro forma wordt aangehouden tot 30 juni 2015, in afwachting van de resultaten van de begeleide omgangscontacten. Het hof verzoekt de Mutsaersstichting om tijdig te rapporteren over de voortgang van de module en de begeleide contacten.