Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 165278/HAZA 11-754)
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
opgeschoond’ aan Muvest overgedragen. In Malex waren geen andere activa en passiva meer aanwezig dan alleen de vorderingen van [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] - de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS jegens wie (de rechtsvoorganger van) Malex bij arbitraal vonnis eveneens tot schadevergoeding was veroordeeld - en ICCS en voormelde vordering van Malex op [holding 1] waarop door ([de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS]) en ICCS beslag was gelegd.
“(…)2. Partijen zijn het erover eens dat alle huidige en mogelijk toekomstige aanspraken van [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] en van zijn besloten vennootschap Integrated Computer Control Systems B.V. (…) jegens [VWE] voor rekening van Muvest dienen te komen. In verband daarmee zal Muvest alle aandelen in [VWE] overnemen. (…)[holding 2] zal vóór de overname [VWE] opschonen qua rechten en verplichtingen, zodat alleen de rechten en verplichtingen jegens [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] en ICCS achterblijven, alsmede de hierna genoemde vordering op [holding 1] B.V., de onder punt 3 vermelde schuld aan [holding 2] en een eigen vermogen van EUR 18.000. (…)3. In [VWE](toev. hof: thans Malex)
resteren na opschoning de rechten en verplichtingen jegens [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] en ICCS, een renteloze vordering op [holding 1], groot EUR 1.143.000, waarop [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] en ICCS ieder afzonderlijk beslag hebben gelegd, de schuld aan [holding 2] voor de hierna vermelde lening en een eigen vermogen van EUR 18.000. Ter financiering van de vordering van [VWE] op [holding 1] verschaft [holding 2] een renteloze lening aan [VWE], groot EUR 1.143.000. De door [holding 1] gestelde bankgarantie aan [VWE], groot EUR 1.143.000, zal worden overgedragen aan [holding 2]. Na enige uitspraak, geheel of gedeeltelijk, in één van de procedures tegen [de bestuurder en enig aandeelhouder van ICCS] of ICCS wordt de renteloze lening van [holding 2] aan [VWE] (hof: thans Malex
) of diens rechtsopvolger, direct naar rato van de desbetreffende uitspraak opeisbaar. Als zekerheid voor haar vordering op [VWE] verschaft Muvest aan [holding 2] een hypotheekrecht op de onroerende zaken waarop [VWS], [VWE] en [VWA] gezamenlijk beslag hebben gelegd. Dit hypotheekrecht wordt gevestigd voor een maximum van EUR 680.670,32 (=NLG 1.500.000) (…)4. Op grond van de onder punt 3 genoemde lening van [holding 2] aan [VWE], resteert voor [VWE] na uitvoering van deze vaststellingsovereenkomst een schuld van EUR 923.000. Het verschil tussen het geleende bedrag en deze restschuld is onderdeel van het onder punt 7 door Muvest te betalen bedrag aan [holding 2].5. Muvest betaalt als koopsom voor [VWE] (hof: thans Malex
) (…) EUR 18.000 (…)7. Muvest betaalt aan [holding 2] (…) EUR 453.780 (…) ter zake de in bijlage 10 en 11 van de Koopovereenkomst van 6 mei 1999 genoemde procedures betreffende nog uitstaande crediteuren van de M&M bedrijven en ter zake van de (advocaat)kosten van[holding 2].(…)”
“ (…) Schuldbekentenis 1. Malex erkent dat zij (…) een schuld aan[holding 2] heeft groot (…) (Eur 635.153,75),(…) welke schuld opeisbaar is. 2. Malex erkent dat[holding 2] gerechtigd is tot het nemen van verhaalsmaatregelen teneinde betaling van haar schuld af te dwingen. (…)”
“e.[holding 2], Malex en Muvest zijn in de vaststellingsovereenkomst van mei tweeduizend negen overeengekomen dat Muvest zich als hoofdelijk schuldenaar verbindt voor al hetgeen Malex uit hoofde van de geldlening aan[holding 2] verschuldigd is of verschuldigd zal worden.f. Van de Geldlening moet nog een bedrag van (..) (EUR 635.153,75) door Malex aan[holding 2] worden terugbetaald. Reeds enige tijd geleden is een betalingsachterstand ontstaan. Bij brief van twintig juli tweeduizend tien heeft[holding 2] Malex en Muvest gesommeerd de destijds bestaande betalingsachterstand te betalen, aan welke sommatie Malex en Muvest niet hebben voldaan. Vervolgens is[holding 2] een procedure gestart tegen Malex en Muvest die geresulteerd heeft in een vonnis van de rechtbank Amsterdam van vierentwintig november tweeduizend tien waarin Malex en Muvest hoofdelijk zijn veroordeeld tot betaling van een bedrag van (…) (EUR 27.429,86) vermeerderd met de contractuele rente van (…) (6%) per jaar vanaf één september tweeduizend tien (…) en vermeerderd met de proceskosten ad (…) (EUR 1.257,89). Aan deze veroordeling heeft Malex noch Muvest voldaan. Bij brief van éénentwintig december tweeduizend tien gericht aan Malex en Muvest heeft[holding 2] de Geldlening terstond en volledig opgeëist en Malex gesommeerd om onmiddellijk doch uiterlijk op tweeëntwintig december tweeduizend tien, het verschuldigde van (…) (EUR 635.153,75) te voldoen. (…)”
“AansprakelijkstellingMuvest Nederland B.V. heeft zich aansprakelijk gesteld voor de eventuele schulden welke voort kunnen vloeien uit de lopende gerechtelijke processen binnen Malex B.V.”
“In het kader van de getroffen regeling heeft [Groep] Groep aan Malex ter leen verstrekt een bedrag van EUR 1.143.000 (…)”.De overeenkomst van mei 2009 behelst juist verdere afspraken over die lening, zoals over een hoofdelijke aansprakelijkheid van Muvest voor de lening (bepaling 1), verplichte en vervroegde aflossingen (onderdeel 4 van de bepalingen) en vervroegde opeisbaarheid (onderdeel 5). Ook die latere overeenkomsten en het daarin persisteren van alle partijen bij een aan Malex verstrekte lening doen de stelling van Muvest, dat in de overeenkomst van 2 september kennelijk bij vergissing over een aan Malex verstrekte lening wordt gesproken, onaannemelijk zijn. Aangenomen mag worden dat Muvest die vergissing dan in elk geval bij de overeenkomst van mei 2009 zou hebben opgemerkt.