ECLI:NL:GHSHE:2014:3662
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bestuurdersaansprakelijkheid en loonvordering in arbeidsrechtelijke geschil
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, gaat het om een hoger beroep van een loonvordering door [appellant], voormalig aandeelhouder van GP&C B.V., tegen [geïntimeerde], die als (feitelijk) bestuurder van GP&C B.V. wordt aangesproken. De appellant had in eerste aanleg een vordering ingesteld tegen GP&C B.V. en andere vennootschappen, waarbij hij betaling van achterstallig loon en andere vergoedingen eiste. De kantonrechter had GP&C B.V. veroordeeld tot betaling van een aanzienlijk bedrag, maar de vorderingen tegen [geïntimeerde] en de andere vennootschappen waren afgewezen.
In hoger beroep heeft [appellant] zich gericht op [geïntimeerde] en betoogd dat deze onrechtmatig heeft gehandeld door als bestuurder van GP&C B.V. de wettelijke en contractuele verplichtingen jegens hem niet na te komen. Het hof heeft de feiten en de stellingen van [appellant] beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is voor een ernstig verwijt aan [geïntimeerde]. De stellingen van [appellant] over de rol van [geïntimeerde] in de salarisbetalingen en de ontbinding van GP&C B.V. zijn niet voldoende onderbouwd.
Het hof heeft geoordeeld dat de grief van [appellant] faalt en dat het vonnis van de kantonrechter, voor zover het betreft de vorderingen tegen [geïntimeerde], moet worden bekrachtigd. [appellant] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, die aan de zijde van [geïntimeerde] op nihil worden vastgesteld. De uitspraak is gedaan op 16 september 2014.