4.1De rechtbank heeft in het bestreden vonnis onder “2. De feiten” feiten vastgesteld. Voor zover die feitenvaststelling niet is bestreden, vormt die vaststelling ook voor het hof in dit hoger beroep het uitgangspunt. Voorts staan nog enkele andere feiten, als enerzijds gesteld en anderzijds niet betwist, tussen partijen vast. Het hof zal hierna een overzicht geven van deze relevante feiten voor zover niet bestreden.
a. Nieuwe Borg houdt zich bezig met projectontwikkeling. Hamanz en [aannemingsbedrijf] zijn beide aannemersbedrijven.
b. Nieuwe Borg was de projectontwikkelaar van het project ‘Achter de Bielzen [vestigingsnaam]’ (hierna: het project). Nieuwe Borg heeft een brief d.d. 27 november 2000 (overgelegd als productie 4 bij dagvaarding in eerste aanleg) aan Hamanz gestuurd. In de brief staat onder meer, voor zover thans van belang, het volgende:
“Betreft: Achter de Bielzen [vestigingsnaam]
Opdrachtbevestiging sloop / sanering ontgraving
(…) Hierbij bevestigen wij de prijsafspraken inzake bovenvermeld werk.
Gezien de fiscaal juridische situatie zal formeel namens drie eigenaren en/of de gemeente separaat opdracht worden verstrekt namens de betreffende eigenaren. (…)
Uitgewerkte en uitgetikte stukken volgen zo spoedig mogelijk.
Wij bereikten overeenstemming over onderstaande verdeling / prijzen:
Fase 1direct te starten
form. opdrachtgever: SWZ
72 won.sloop all in f 5.500,-/won.
asbest type A f 2.475,-/won.
type B f 5.880,-/won.
Bij gelijktijdige uitvoering f 4.950,-/won.
(…)
Fase 4start direct i.o.m. gemeente
1. (…)2. (…)
3. schone grond / zand t.p.v. garage
ca. 30.000 m3 in max. 3 depots
f 10,-/m3 (vast * 1,3 m3)’
We streven ernaar in overleg met de overheden het werk medio juli 2001 af te ronden.
Bij kleine onderbrekingen worden geen faseringskosten in rekening gebracht.
U verzocht(noot hof: verzorgt?)
het sloopplan.
Alle uitkomende materialen worden uw eigendom
(…)
Voor zover er zich nieuwe zaken voordoen, o.a. kappen laanbomen, ged. slopen spoorlaan, zullen wij in overleg nadere prijsafspraken maken op basis van de dan geldende marktprijzen.
Wij vertrouwen erop dat wij hiermee de gemaakte afspraken correct hebben weergegeven (…)”
c. Op 3 januari 2001 heeft er een bespreking plaatsgevonden tussen Hamanz en Nieuwe Borg.
d. Bij brief van 4 april 2001 (overgelegd als productie 5 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Nieuwe Borg onder meer, voor zover thans van belang, het volgende aan Hamanz geschreven:
“Betreft: sloop en asbestsanering 72 woningen SWZ
Achter de Bielzen [vestigingsnaam]
(…) In aansluiting op eerder gevoerde correspondentie en overleg bevestigen wij hierbij namens de combinatie SWZ/NBP de aan u verstrekte opdracht betreffende 72 woningen SWZ.
Het werk omvat:
a. Volledige asbestsanering conform geldende overheids- en overige regels voor een vaste prijs van f 2.750,- per woning excl. BTW. (…)
b. Volledige sloop en opruimingswerkzaamheden van de betreffende woningen en tuinen inclusief overige bouwsels, schuttingen etc. voor een vaste prijs van f 5.500,- per woning. (…)
- De sloop en sanering vormen onderdeel van een bredere prijsafspraak, conform bijgevoegd overzicht, m.b.t. de in opdracht van diverse opdrachtgevers te slopen gebouwen en te saneren terreinen.
- Nieuwe Borg zal namens de diverse eigenaren aangeven en coördineren wanneer en in welke volgorde de diverse gebouwen en perceelsgedeelten gesloopt c.q. gesaneerd dienen te worden.
- De prijzen van sloop en sanering bovenlaag zijn vast voor het jaar 2001.
- De prijs voor het ontgraven en afvoeren van de totale bouwput is indicatief en zal in nader overleg, afhankelijk van de termijn van uitvoering en afzet, nader worden bepaald.
- U verzorgt het slooppand per onderdeel en totaal.
- Alle bruikbare uitkomende materialen worden uw eigendom.’
Bij de brief is een bijlage gevoegd, met onder meer de volgende inhoud:
“Achter de Bielzen
Recapitulatie prijzen Hamanz d.d. 03-01-01
1. 72 woningen SWZ
sloop all in fl 5.500,00 /woning
asbest totaal fl 2.750,00 /woning
(…)
6. Schone grond/zand los fl 10,00 /m3
t.p.v. garage
ca. 100.000 m3 vast
* los is facto 2 1,3X vast”
e. Bij brief van 16 februari 2009 (overgelegd als productie 6 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Hamanz aan Nieuwe Borg het volgende geschreven:
“Kunt u ons aangeven wanneer wij met verwijzing naar uw opdrachtbevestiging d.d. 4 april 2001 de laatste post (“6”) kunnen afwerken.’
f. Op 6 maart 2009 heeft Hamanz Nieuwe Borg nogmaals per brief (overgelegd als productie 7 bij dagvaarding in eerste aanleg) gevraagd wanneer zij post 6 kon afwerken, omdat geen reactie van Nieuwe Borg was ontvangen.
g. Bij brief van 5 mei 2009 (overgelegd als productie 8 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Hamanz aan Nieuwe Borg onder meer het volgende geschreven:
“Inmiddels alweer enkele weken geleden hebben wij (de heer [X] en ondergetekende) u een bezoek gebracht. Tijdens dit bezoek hebben wij in het bijzijn van uw collega de heer
[collega] gesproken omtrent de afwerking van de laatste post uit uw opdrachtbevestiging d.d. 4 april 2001.
De heer [collega] heeft ons tijdens het gesprek aangegeven dat hij diezelfde week nog met een schriftelijk voorstel zou komen.
Aangezien wij tot op heden geen enkel voorstel hebben mogen ontvangen, vragen wij u hoe het met het voorstel staat.”
h. Bij brief van 9 november 2009 (overgelegd als productie 9 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Hamanz onder meer het volgende aan [aannemingsbedrijf] geschreven:
“Op 16 februari 2009 hebben wij onze opdrachtgever Nieuwe Borg Projectontwikkeling BV middels bijgevoegd schrijven verzocht om ons kenbaar te maken wanneer wij kunnen starten met het afwerken van post 6 zijnde het ontgraven en afvoeren van de totale bouwput (zie tevens bijgevoegd schrijven).
Nu de heer [rechtsgeldig vertegenwoordiger] (rechtsgeldige vertegenwoordiger van onze opdrachtgever) ons onlangs te kennen heeft gegeven dat wij ons hiervoor tot u dienen te wenden, verzoeken wij u om ons aan te geven wanneer wij de werkzaamheden m.b.t. eerder genoemde post kunnen starten (…).”
i. [aannemingsbedrijf] heeft bij brief van 16 november 2009 (overgelegd als productie 10 bij dagvaarding in eerste aanleg) gereageerd op de onder h. genoemde brief van Hamanz en geschreven:
“(…) Wij merken op dat wij in deze geen verplichtingen hebben.
Wij hebben betreffende aanvraag/offerte ontvangen inzake post 6 (ontgraven en afvoeren bouwput) en zullen u terzake berichten (…).”
j. Bij brief van 18 november 2009 (overgelegd als productie 11 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Hamanz onder meer het volgende aan Nieuwe Borg medegedeeld:
“(…) Aangezien wij er weinig voor voelen om van het kastje naar de muur te worden gestuurd, vragen wij u voor delaatste maalwanneer wij deze post kunnen afwerken.
Indien wij van u binnen twee weken na dagtekening van deze brief geenschriftelijkereactie mogen ontvangen, die duidelijkheid schept, zien wij ons genoodzaakt om verdere rechtsmaatregelen te treffen (…).”
k. Bij brief van 24 februari 2010 (overgelegd als productie 12 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft Hamanz aan [aannemingsbedrijf] onder meer het volgende geschreven:
“(…)
Door werkzaamheden bij u in opdracht te geven en door u te laten uitvoeren die in het verleden aan ons zijn gegund schiet Nieuwe Borg Projectontwikkeling BV jegens HAMANZ BV toerekenbaar tekort in de nakoming van de overeenkomst die zij met HAMANZ BV op
4 april 2001 heeft gesloten.
Wij verzoeken u dan ook met klem om niet met deze werkzaamheden aan te vangen.
Mocht u (…)ondanks dit verzoek, toch besluiten om de werkzaamheden uit te (laten) voeren, dan zien wij dat als een onrechtmatige daad en bent u jegens ons schadeplichtig. Het misbruik maken van de wanprestatie van Nieuwe Borg Projectontwikkeling BV levert onder deze omstandigheden een onrechtmatige daad jegens Hamanz BV op (…).”
l. Bij brief van 25 februari 2010 (overgelegd als productie 14 bij dagvaarding in eerste aanleg) heeft de heer [collega], directeur, op briefpapier van Nieuwe Borg aan Hamanz onder meer het volgende geschreven:
“(…)
Los van het feit dat wij als Stationspark [vestigingsnaam] B.V. blijven betwisten dat er op enig moment sprake zou zijn van een overeenkomst tussen Nieuwe Borg Projectontwikkeling B.V. en Hamanz B.V. voor het ontgraven en afvoeren van de totale bouwput, kunnen wij uw reactie ook anderszins niet plaatsen. De opdracht is immers gegund aan [combinatie]. (…)”.
m. Per brief gedateerd 9 maart 2010 (overgelegd als productie 15 bij dagvaarding in eerste aanleg) is namens Hamanz aan Nieuwe Borg onder meer het volgende medegedeeld:
“(…) Op 4 april 2001 ontving Hamanz van Nieuwe Borg een opdrachtbevestiging onder vermelding van ‘sloop en asbestsanering 72 woningen SWZ Achter de Bielzen [vestigingsnaam]’. Hierdoor is tussen Hamanz en Nieuwe Borg een overeenkomst ter zake de aanneming van werk tot stand gekomen. (…)
Hamanz zal Nieuwe Borg onverkort houden aan de eerder door haar gemaakte afspraken. Bij deze sommeer ik u dan ook binnen 5 werkdagen na heden, derhalve uiterlijk vóór donderdag 18 maart, schriftelijk aan Hamanz mee te delen dat Nieuwe Borg Hamanz in staat zal stellen de resterende werkzaamheden ten uitvoer te brengen onder de in 2001 overeengekomen voorwaarden. (…)”
n. Bij brief van 19 maart 2010 (overgelegd als productie 16 bij dagvaarding in eerste aanleg) is namens Hamanz aan Nieuwe Borg onder meer het volgende geschreven:
“(…) Op 9 maart j.l. schreef ik u ter zake het geschil dat is gerezen tussen (…) Hamanz B.V. (…) enerzijds, en Nieuwe Borg (…) anderzijds. In bovenbedoelde brief wees ik u op de overeenkomst betreffende de aanneming van werk zoals die op 4 april 2001 tussen Hamanz en Nieuwe Borg tot stand is gekomen (deOvereenkomst). (…)
Inmiddels begreep ik van Hamanz dat Nieuwe Borg bovenbedoelde termijn ongebruikt heeft laten verstrijken. Als gevolg van de weigering om aan het gesommeerde te voldoen en als gevolg van uw eerdere uitlatingen op basis waarvan Hamanz kan afleiden dat Nieuwe Borg de aanspraak van Hamanz op grond van de Overeenkomst niet zal respecteren, is Nieuwe Borg ten aanzien van de op haar rustende verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst in verzuim komen te verkeren. Dit geeft Hamanz het recht de Overeenkomst te ontbinden, van welk recht Hamanz bij deze gebruik maakt (…).”
o. Nieuwe Borg heeft bij brief van 9 april 2010 (overgelegd als productie 17 bij dagvaarding in eerste aanleg) gereageerd op de brief van Hamanz van 19 maart 2010 en heeft in die brief de standpunten van Hamanz betwist.
p. Hamanz heeft Nieuwe Borg en [aannemingsbedrijf] begin april 2011 gesommeerd om € 1.098.900,00 aan haar te betalen, aan welke sommatie zij geen gehoor hebben gegeven. Vervolgens heeft Hamanz hen bij dagvaarding van 20 april 2011 in rechte betrokken.