2.1.Belanghebbende, geboren 9 februari 1955, en haar zus, mevrouw [E] (hierna samen belanghebbenden), geboren op 9 december 1956, zijn op 1 januari 2006 een vennootschap onder firma aangegaan met de naam [F] vof (hierna: [F]). [F] heeft ten doel het exploiteren van een projectontwikkelingsbedrijf. [F] is gevestigd op het adres [G-straat] 16 te [H] (adres [E]). Beide vennoten hebben volgens de akte het volgende ingebracht:
“
Artikel 4: Inbreng
Lid 1: Door ieder van de vennoten wordt ingebracht zijn kennis, arbeid en vlijt, relaties en vergunningen voor zover deze op de door de vennootschap te drijven onderneming betrekking hebben.
Lid 2: Door vennoot sub 1 worden de volgende activa ingebracht: een geldbedrag dat kan oplopen tot maximaal twee honderd vijfentwintig duizend euro (€ 225.000,-).
Door vennoot sub 2 worden de volgende activa ingebracht: een geldbedrag dat kan oplopen tot maximaal twee honderd vijfentwintig duizend euro (€ 225.000,-).
Tot het bedrijf worden geen onroerende zaken ingebracht.”
In het ondernemingsplan van [F] staat onder andere het volgende:
“
Strategie [F] 2006-2010
(...)
1. De activiteiten van [F] richten zich op:
a) de aankoop van bouwpercelen,
b) de ontwikkeling van bouwprojecten,
c) de realisatie van deze projecten en ten slotte,
d) de verkoop van de projecten.
(…)
8. Aanschaf bouwpercelen gebeurt in eigen beheer.
9. Ontwikkeling bouwprojecten gebeurt in samenwerking met een betrouwbare en bekwame architect met een redelijke prijs/kwaliteit verhouding.
10. Realisatie bouwobject is in samenwerking met een betrouwbare en bekwame aannemer met een redelijke prijs/kwaliteit verhouding.
11. Verkoop van objecten in samenwerking met een betrouwbare en bekwame makelaar met een redelijke prijs/kwaliteit verhouding, op termijn mogelijk in eigen beheer.”
2.2.1.Belanghebbenden hebben op 15 november 2004 in privé een stuk bouwgrond gekocht aan de [J-straat] te [K] voor een bedrag, inclusief kosten, van € 141.020. Deze grond is, in dezelfde staat, in februari 2008 door [F] verkocht voor een bedrag van € 170.000.
2.2.2.Belanghebbenden hebben in 2006 in privé een stuk bouwgrond gekocht aan de [L-straat] 49 te [K] voor een bedrag van € 94.420. [F] heeft voor dit stuk grond door een architect een tekening van een huis laten maken. Hierna heeft [F] een aannemer dit huis laten bouwen. De grond en het huis zijn samen in december 2008 verkocht en in april 2009 geleverd.
2.2.3.[F] heeft in 2007 een stuk bouwgrond van 678 m2 gekocht te [M] ([N]) voor een bedrag, inclusief kosten, van € 103.260. Deze grond is niet verkocht.
[F] heeft in 2007 een stuk bouwgrond van 896 m2 in [O] gekocht voor een bedrag, inclusief kosten, van € 112.218,66. Deze grond is niet verkocht.
[F] heeft in 2008 een stuk bouwgrond gekocht aan de [P-straat] te [Q] voor een bedrag van € 135.000. Deze grond is niet verkocht.
2.2.4.[F] heeft voor de verkoop van alle onder 2.2 genoemde onroerende zaken een exclusieve opdracht verleend aan [R] BVBA, een makelaar uit [S].