Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de man, bijgestaan door mr. Van Weely;
- de vrouw, bijgestaan door mr. Warnink.
3.De beoordeling
.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de man tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 5 april 2013, waarin de man werd verplicht tot het betalen van kinderalimentatie voor zijn dochter. De man, die in financiële problemen verkeert na het beëindigen van zijn dienstverband, verzoekt het hof om de alimentatie te verlagen naar nihil, of in ieder geval naar een bedrag dat het hof redelijk acht. De vrouw heeft geen verweerschrift ingediend, maar de mondelinge behandeling vond plaats op 6 september 2013, waarbij de man en de vrouw werden bijgestaan door hun advocaten. Het hof heeft ook de minderjarige dochter in de gelegenheid gesteld haar mening te geven.
Het hof overweegt dat de man onvoldoende inzicht heeft gegeven in zijn financiële situatie, maar dat hij in hoger beroep zijn stellingen beter heeft onderbouwd. De man heeft een beëindigingsvergoeding ontvangen en ontvangt een WW-uitkering, maar stelt dat hij niet in staat is om de alimentatie te betalen. Het hof concludeert dat de man, ondanks zijn financiële situatie, in staat is om bij te dragen aan de kosten van verzorging en opvoeding van zijn dochter, en dat hij zijn vermogen moet aanwenden om aan zijn onderhoudsplicht te voldoen.
Het hof wijzigt de eerdere beschikking en stelt de bijdrage van de man in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn dochter vast op € 444,-- per maand met ingang van 1 juli 2012, € 451,-- per maand van 1 januari 2013 tot 1 november 2013, en € 301,-- per maand met ingang van 1 november 2013. De proceskosten worden gecompenseerd, aangezien partijen een affectieve relatie hebben gehad. De beschikking is gegeven op 10 oktober 2013.