Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd voor zover het de overgangstermijn betreft, gelast dat belanghebbende een overgangstermijn wordt geboden van één jaar gerekend vanaf de datum waarop deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, de uitspraak op bezwaar in stand gelaten voor zover het de verzekeringsplicht betreft, de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende ten bedrage van € 546,25 en gelast dat de Inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 41 aan deze vergoedt.
2.Feiten
1. Het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap bedraagt eenhonderdduizend gulden (f.100.000,00), verdeeld in vijftien (15) prioriteitsaandelen en vijfentachtig (85) gewone aandelen, elk groot eenduizend gulden (f.1.000,00).
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
Voor hetgeen hieraan ter zitting is toegevoegd, wordt verwezen naar het van deze zitting opgemaakte proces-verbaal.
De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.
4.Gronden
Gelet op het arrest van de Hoge Raad van 7 februari 1940, NJ 1940,80, is het Hof van oordeel dat partijen daarbij uitgaan van een juiste rechtsopvatting.
De Inspecteur heeft zich naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 22 maart 2013, nr. 12/02909, LJN BY9295, nader op het standpunt gesteld dat de heer [A] evenmin op grond van artikel 2, lid 1, aanhef en onderdeel d, van de Regeling, als directeur-grootaandeelhouder kan worden aangemerkt, doch dat hij ingevolge artikel 2, lid 1, aanhef en onderdeel c, van de Regeling, wel als zodanig kan worden aangemerkt. De Inspecteur beroept zich daarbij op de letterlijke lezing van de laatstgenoemde bepaling. Dienaangaande oordeelt het Hof als volgt.
(…)
c. bestuurders die in de algemene vergadering van de vennootschap allen een gelijk of nagenoeg gelijk aantal stemmen kunnen uitbrengen;
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de bestuurder die zeggenschap heeft in de algemene vergadering van de vennootschap door tussenkomst van een rechtspersoon.
#
aandelen
#
bezit
#
waarde
€
%
Ingeval zich een conflictsituatie voordoet, kan de heer [A] er niet zelf voor zorgen dat hij niet geschorst of ontslagen wordt als bestuurder van [F]. Door belanghebbende is, onvoldoende weersproken, gesteld dat de heer [A] ook feitelijk tegen zijn zin is ontslagen door de aandeelhoudersvergadering van 26 september 2012. Dat de notulen van die aandeelhoudersvergadering pas na de uitspraak van de Rechtbank zijn opgesteld, doet daaraan, naar het oordeel van het Hof, niet af.
[F] kan en zal, als statutair bestuurder van belanghebbende, dus het besluit tot schorsing of ontslag uitvoeren.
5.Beslissing
- verklaarthet hoger beroep gegrond;
- vernietigtde uitspraak van de Rechtbank, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht;
- vernietigtde uitspraak van de Inspecteur;
- wijzigtde beschikking in dier voege, dat de heer [A] verplicht verzekerd is voor de werknemersverzekeringen;
- gelastdat de Inspecteur aan belanghebbende het door deze ter zake van de behandeling van het hoger beroep bij het Hof betaalde griffierecht ten bedrage van € 466 vergoedt;
- veroordeeltde Inspecteur in de kosten van het geding bij de Rechtbank en het Hof aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op in totaal € 1.180.