ECLI:NL:GHSHE:2013:2622
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- P.C. van der Vegt
- P.A.G.M. Cools
- J.A. Meijer
- Rechtspraak.nl
Herziening van uitspraken inzake onroerende zaken en belastingheffing
In deze zaak verzoekt de belanghebbende, die onroerende zaken verhuurt, het Gerechtshof 's-Hertogenbosch om herziening van drie eerdere uitspraken. De verzoeker stelt dat hij niet op de hoogte was van de wijziging in de waardebepaling van onroerende zaken in box 3 per 1 januari 2001, en dat de Inspecteur het Hof heeft misleid door geen melding te maken van twee besluiten van de Staatssecretaris van Financiën. Daarnaast beweert hij dat de Inspecteur voor andere belastingplichtigen een gunstiger standpunt heeft ingenomen met betrekking tot de waardering van verhuurde onroerende zaken.
Het Hof wijst het verzoek tot herziening af. Het Hof oordeelt dat de verzoeker redelijkerwijs op de hoogte had kunnen zijn van de heffingsmaatstaf voor verhuurde onroerende zaken en dat de door hem genoemde besluiten van de Staatssecretaris van Financiën geen nieuwe feiten of omstandigheden opleveren die tot herziening kunnen leiden. Ook de discrepantie tussen de stellingname van de Inspecteur en het oordeel van de Rechtbank had de verzoeker eerder kunnen opmerken, en de gevallen van andere belastingplichtigen zijn niet vergelijkbaar met die van de verzoeker.
De slotsom is dat het verzoek om herziening wordt afgewezen. Het Hof acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten, en er is geen griffierecht verschuldigd omdat de belanghebbende geen griffierecht heeft betaald. De beslissing is op 27 juni 2013 genomen en ter openbare zitting uitgesproken, met de mogelijkheid voor beide partijen om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.