ECLI:NL:GHSHE:2003:AF8179
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.J.M. Bongaarts
- A.W.J. Strik
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen verzuimboeten opgelegd door de Inspecteur voor te late aangifte inkomstenbelasting en vermogensbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 20 maart 2003 uitspraak gedaan in het beroep van belanghebbende X tegen de uitspraken van de Inspecteur van de rijksbelastingdienst. Belanghebbende had zijn aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1999 en vermogensbelasting voor het jaar 2000 te laat ingediend, wat resulteerde in verzuimboeten. Het Hof verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de bestreden uitspraken. De opgelegde boeten werden verminderd tot een totaalbedrag van € 1.429,41, en het griffierecht van € 27,23 werd aan belanghebbende vergoed door de Staat der Nederlanden.
De zaak draaide om de vraag of de Inspecteur rechtmatig twee verzuimboeten kon opleggen voor de verschillende belastingaanslagen. Belanghebbende betoogde dat hij niet op de hoogte was van de hoge boeten en dat hij overvallen was door de wetswijzigingen die de boetes aanzienlijk verhoogden. Het Hof oordeelde dat het verkeerd inschatten van de boete geen reden was voor matiging, aangezien de boete juist bedoeld is voor dergelijke gevallen.
Het Hof concludeerde dat er sprake was van een 'vierde' verzuim en dat de Inspecteur terecht twee verzuimboeten had opgelegd. Echter, gezien de lange tijdsduur tussen de indiening van het verweerschrift en de mondelinge behandeling, oordeelde het Hof dat artikel 6 van het Europese Verdrag inzake de Rechten van de Mens was geschonden. Daarom werd een matiging van de boete tot 10% gepast geacht. De uitspraak werd op 3 april 2003 aan de partijen verzonden, met de mogelijkheid om binnen vier weken een schriftelijke uitspraak aan te vragen.