ECLI:NL:GHSHE:2001:AD9741
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het verzet tegen de beschikking inzake inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak heeft het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan op het verzet van mevrouw X, woonachtig in Zwitserland, tegen de beschikking van de voorzitter van de Belastingkamer van het Hof, gedateerd 27 november 2000. De beschikking betrof het beroep van mevrouw X tegen de uitspraak van het Hoofd van de eenheid particulieren/ondernemingen buitenland van de rijksbelastingdienst, met betrekking tot een bezwaarschrift over de aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1992.
Het Hof heeft vastgesteld dat het verzetschrift niet tijdig is ingediend. De wettelijke termijn voor het indienen van een verzetschrift bedraagt zes weken, welke termijn eindigde op 8 januari 2001. Het verzetschrift is echter pas op 12 januari 2001 bij de griffie van het gerechtshof binnengekomen, en uit de enveloppe bleek dat het pas op 10 januari 2001 ter post was bezorgd. Hierdoor concludeerde het Hof dat het verzetschrift niet tijdig was ingediend, en verklaarde mevrouw X niet-ontvankelijk in het verzet.
De uitspraak werd op 8 november 2001 gedaan door R.J. Koopman, lid van de negende enkelvoudige Belastingkamer, in aanwezigheid van C.A. van Roosmalen, waarnemend-griffier. Het Hof oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten, zoals bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. Tevens werd vermeld dat het door mevrouw X gestorte griffierecht na het onherroepelijk worden van de uitspraak door de griffier van het Hof aan haar zal worden teruggegeven. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden.