ECLI:NL:GHSHE:2001:AB1346
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.J. Koopman
- K.M.J. van der Vorst
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag omzetbelasting en het vertrouwensbeginsel
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 4 april 2001 uitspraak gedaan in een beroep van belanghebbende X tegen de uitspraak van de Inspecteur van de rijksbelastingdienst. De mondelinge behandeling vond plaats op 21 maart 2001. Belanghebbende betwistte de naheffingsaanslag in de omzetbelasting voor het tijdvak van 1 april 1995 tot en met 31 december 1995, met een beroep op het vertrouwensbeginsel. Hij stelde dat hij in 1995 meerdere keren advies had ingewonnen bij ambtenaren van de Inspecteur, die hem zouden hebben verteld dat de betaalde omzetbelasting voor de aanschaf van een auto in aftrek kon worden gebracht.
De Inspecteur weerlegde dit door te stellen dat de ambtenaren zich baseerden op de mededeling van belanghebbende dat hij zowel in Nederland als in België belaste prestaties zou verrichten. Pas bij een boekenonderzoek in 1997 bleek dat de auto niet voor belaste prestaties was aangewend. Tijdens de zitting erkende belanghebbende dat hij in 1995 zijn voornemen om ondernemingsactiviteiten in Nederland te starten had gedeeld met de ambtenaren.
Het Hof oordeelde dat de ambtenaren in 1995 niet konden weten dat de auto niet voor belaste prestaties zou worden gebruikt. Het dossier van belanghebbende bevatte destijds geen relevante informatie die hen op een ander spoor had kunnen zetten. Gezien deze overwegingen verwierp het Hof het beroep van belanghebbende. Tevens werd er geen veroordeling in proceskosten uitgesproken, en het griffierecht voor het verkrijgen van een schriftelijke uitspraak werd vastgesteld op ƒ 150,=.