ECLI:NL:GHSHE:2000:AA6099
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 1994
In deze zaak gaat het om een beroep van belanghebbende tegen een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1994. De aanslag was oorspronkelijk vastgesteld op een belastbaar inkomen van f 89.741,=, maar na bezwaar van belanghebbende was deze verminderd tot f 87.343,=. Belanghebbende was het niet eens met deze uitspraak en heeft beroep ingesteld bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De Inspecteur heeft het beroep bestreden in een vertoogschrift. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 maart 2000 te Roermond, waar belanghebbende en een vertegenwoordiger van de Inspecteur aanwezig waren.
De zaak draait om de vraag of de uitspraak op bezwaar van de Inspecteur niet-ontvankelijk verklaard moet worden, omdat de Inspecteur de wettelijke termijn voor het doen van uitspraak zou hebben overschreden. Belanghebbende stelt dat de Inspecteur zich aan de wettelijke termijnen moet houden en dat de overschrijding van deze termijn leidt tot niet-ontvankelijkheid van de uitspraak op bezwaar. De Inspecteur daarentegen betoogt dat de overschrijding van de termijn geen gevolgen heeft voor de ontvankelijkheid van de uitspraak.
Het Hof overweegt dat de wet geen mogelijkheid biedt om de uitspraak op bezwaar te vernietigen enkel op basis van termijnoverschrijding. De wet voorziet in de mogelijkheid voor belanghebbende om beroep in te stellen tegen het niet tijdig nemen van een besluit, maar verbindt verder geen consequenties aan de overschrijding van de termijn voor het doen van uitspraak op bezwaar. Het Hof concludeert dat de uitspraak van de Inspecteur bevestigd moet worden, en dat er geen termen zijn voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is op 4 mei 2000 gedaan door R.J. Koopman, lid van de negende enkelvoudige Belastingkamer.