ECLI:NL:GHSGR:2012:BY7039
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep van verdachte in strafzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 1 november 2012 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte die eerder door de politierechter in de rechtbank 's-Gravenhage was veroordeeld. De verdachte was in eerste aanleg vrijgesproken van het onder 2 ten laste gelegde, maar veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 weken voor het onder 1 ten laste gelegde, met aftrek van voorarrest. De advocaat-generaal heeft in hoger beroep gevorderd dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard, omdat hij niet ter terechtzitting is verschenen.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte geen schriftelijke grieven heeft ingediend tegen het vonnis en ook geen mondelinge bezwaren heeft geuit tijdens de zitting. Gezien deze omstandigheden en het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof besloten om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Dit betekent dat de zaak niet inhoudelijk wordt behandeld en de eerdere uitspraak van de politierechter in stand blijft.
De beslissing van het hof is genomen in een meervoudige kamer voor strafzaken en is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier. De uitspraak is openbaar gedaan, wat betekent dat de procedure transparant is verlopen. De niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep is een belangrijke juridische beslissing die de rechten van de verdachte in deze procedure beïnvloedt.