3. Samengevat gaat het om het volgende.
3.1 [appellant], woonachtig te Rijswijk en geboren op [geboortedatum], is op 1 maart 2001 bij WBS in dienst getreden in de functie van gastheer/beheerder, een en ander voor 36 uur per week en tegen een salaris van laatstelijk (ten tijde van de dagvaarding eerste aanleg) € 1.763,58 bruto per maand (excl. 8% vakantietoeslag).
3.2 Partijen zijn in eerste instantie een dienstverband aangegaan voor de duur van een jaar. Deze is nadien voortgezet in een arbeidsovereenkomst van onbepaalde tijd.
3.3 WBS is een organisatie die als primair doel heeft langdurige werklozen werkgelegenheid te bieden en naar een zelfstandige positie op de arbeidsmarkt te begeleiden. WBS maakt hierbij gebruik van subsidieregelingen, zoals (bijvoorbeeld) een ID-subsidie (Instroom- en Doorstroomsubsidie) van de gemeente Den Haag.
3.4 WBS neemt enkel werknemers in dienst, die in aanmerking komen voor een dergelijke subsidie.
3.5 [appellant] kon bij WBS in dienst treden omdat hij werkzaam kon zijn in een (gesubsidieerde) ID-baan.
3.6 De financiering van de ID-banen is (thans) gebaseerd op de Wet werk en bijstand, welke wet op 1 januari 2004 in werking is getreden. Op grond van deze wet mag een gemeente, in casu Den Haag, voornoemde financiering/subsidie alleen inzetten voor personen die woonachtig zijn in die gemeente (i.c. Den Haag).
3.7 Op grond van een overgangsbepaling in genoemde wet kon een gemeente zoals Den Haag voor ID-werknemers, zoals [appellant], die buiten de gemeente woonachtig waren (buitensteedse ID-ers genaamd), tot 1 januari 2009 subsidie ontvangen.
3.8 Op 1 februari 2008 heeft de gemeente Den Haag aangegeven dat de tijdelijke regeling om ook voor werknemers die buiten Den Haag woonachtig waren een ID-subsidie te verstrekken, per 1 januari 2009 zou komen te vervallen.
3.9 WBS heeft op 15 juli 2008 de CWI verzocht de arbeidsovereenkomst met [appellant] te mogen opzeggen. Na op 25 september 2008 de gevraagde toestemming (onder wedertewerkstellingsvoorwaarde) te hebben verkregen, heeft WBS vervolgens, bij brief van 14 november 2008, de arbeidsovereenkomst met [appellant] opgezegd tegen 1 januari 2009.
3.10 [appellant] is, na ommekomst van zijn dienstverband met WBS, op 1 januari 2009, op basis van een door WBS met de gemeente Den Haag gesloten accoord, onder gelijkblijvend salaris, voor de duur van een jaar een arbeidsovereenkomst aangegaan met het Haagse gemeentelijke re-integratiebedrijf “Startbaan Detachering” (hierna: Startbaan) en van daaruit gedetacheerd bij Schroeder en Van der Kolk. Ondanks pogingen daartoe is het gedurende voormelde detachering niet gelukt [appellant] naar ander werk te begeleiden. [appellant] is sedert 1 januari 2010 zonder werk.