ECLI:NL:GHSGR:2012:5299
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- J.C. Fasseur-van Santen
- T.H. Tanja-van den Broek
- J.E.H.M. Pinckaers
- Rechtspraak.nl
Concurrentiebeding en onrechtmatig handelen van ex-werknemers in het kader van bedrijfsdebiet
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 31 juli 2012 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van Hagé International B.V. tegen Hillfresh International B.V. en twee geïntimeerden. Hagé, een familiebedrijf in de groente- en fruitsector, was in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Rotterdam, waarin haar vorderingen tegen de voormalige werknemers en hun nieuwe werkgever, Hillfresh, waren afgewezen. Hagé stelde dat de ex-werknemers onrechtmatig hadden gehandeld door stelselmatig en substantieel afbreuk te doen aan haar bedrijfsdebiet door personeel en leveranciers over te nemen. Het hof oordeelde dat een werknemer die niet gebonden is aan een concurrentiebeding in beginsel vrij is om te concurreren met zijn voormalige werkgever. Het hof benadrukte dat onrechtmatig handelen van een ex-werknemer pas kan worden aangenomen bij stelselmatige en substantiële afbraak van het bedrijfsdebiet. Het hof liet Hagé toe tot bewijslevering om haar stellingen te onderbouwen, waarbij het getuigenverhoor op 31 augustus 2012 zou plaatsvinden. De zaak draait om de vraag of de handelingen van de ex-werknemers en Hillfresh als onrechtmatig kunnen worden gekwalificeerd, en of er sprake is van een schending van het concurrentiebeding door de betrokken partijen.