ECLI:NL:GHSGR:2011:BT2248
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Weigering door verhuurder van onderverhuur van bedrijfsruimte op redelijke grond
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding tussen Super de Boer Winkels B.V. en ING Vastgoed Ontwikkeling B.V. over de weigering van de verhuurder om toestemming te geven voor onderverhuur van een bedrijfsruimte. De huurovereenkomst, die op 1 april 1999 inging en eindigt op 1 december 2014, staat onderverhuur alleen toe met voorafgaande toestemming van de verhuurder, die deze niet mag weigeren zonder redelijke gronden. Super de Boer, die een verliesgevend filiaal exploiteert, wenst een deel van de gehuurde ruimte onder te verhuren aan Action Non Food B.V. maar kreeg geen toestemming van ING. Super de Boer heeft hiertegen hoger beroep ingesteld na een eerdere afwijzing door de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage. Het hof heeft vastgesteld dat de feiten zoals door de voorzieningenrechter zijn vastgesteld, niet zijn betwist. De kern van het geschil is of ING de onderverhuur op redelijke gronden kan weigeren. Het hof heeft besloten om een comparitie van partijen te gelasten om verdere inlichtingen te verkrijgen en een schikking te beproeven. De comparitie is gepland op 10 november 2011, waarbij partijen deugdelijk vertegenwoordigd moeten zijn. Het hof heeft ook bepaald dat uitstel van de comparitie mogelijk is indien hierom schriftelijk wordt verzocht. Het arrest is gewezen op 13 september 2011 door de rechters A. Dupain, M.J. van der Ven en J.E.H.M. Pinckaers.