ECLI:NL:GHSGR:2006:AZ3431
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Hooykaas
- L.M. Croes
- R. van der Vlist
- Rechtspraak.nl
De vraag of een joint venture behoort tot een groep verbonden ondernemingen voor de centrale ondernemingsraad
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 28 november 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vraag of Cendris BSC, een joint venture opgericht door Essent Retail Bedrijven B.V. en Koninklijke TPG Post B.V., moet worden opgenomen in de centrale ondernemingsraad (COR) van TNT N.V. De COR had verzocht om vertegenwoordiging van Cendris BSC in de COR, op basis van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) en eerdere afspraken tussen partijen. Het hof heeft vastgesteld dat TNT, als meerderheidsaandeelhouder met 51% van de aandelen, geen overwegende zeggenschap heeft in Cendris BSC, omdat besluiten in de aandeelhoudersvergadering alleen met een tweederde meerderheid genomen kunnen worden en beide aandeelhouders elk twee commissarissen kunnen benoemen. Dit betekent dat de joint venture niet tot de groep verbonden ondernemingen behoort waarvoor een centrale ondernemingsraad kan worden ingesteld. Het hof oordeelt dat de afspraken uit 2000 enkel gelden voor meerderheidsdeelnemingen waarin TNT de overwegende zeggenschap heeft. De eerdere beslissing van de kantonrechter, die de verzoeken van de COR had toegewezen, is door het hof vernietigd. De proceskosten worden gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt.