ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1520
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van Walderveen
- J. Holdert
- Rechtspraak.nl
Aftrekbaarheid van hotelkosten als ziektekosten in het belastingrecht
Op 29 juli 2003 heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage uitspraak gedaan in de zaak van X tegen de Inspecteur van de Belastingdienst. De zaak betreft de aftrekbaarheid van bepaalde kosten als buitengewone lasten in de inkomstenbelasting voor het jaar 1999. De belanghebbende had kosten gemaakt voor een verblijf in hotel A te D, overnachtingen onderweg en extra energie- en waterkosten ten gevolge van medisch advies. De Inspecteur had deze kosten niet als aftrekbaar erkend, wat leidde tot het beroep van de belanghebbende.
Tijdens de zitting op 15 juli 2003 werd vastgesteld dat de kosten van het verblijf in hotel A niet konden worden aangemerkt als aftrekbare ziektekosten, omdat het hotel niet op één lijn kan worden gesteld met een ziekenhuis of een andere zorginstelling. De belanghebbende kon onvoldoende bewijs leveren dat het hotel aan deze criteria voldeed. De kosten van de overnachtingen onderweg werden echter wel als aftrekbaar erkend, gezien de lange reisafstand van 1.800 kilometer tussen Z en D.
Het Hof verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de eerdere uitspraak van de Inspecteur. Het belastbare inkomen werd vastgesteld op ƒ 77.358, met een belastingvrije som van ƒ 17.179. De belanghebbende kreeg ook het griffierecht van € 29 vergoed. De uitspraak benadrukt de strikte voorwaarden waaronder kosten voor verblijf in hotels als ziektekosten kunnen worden afgetrokken, en bevestigt dat alleen kosten die voldoen aan de wettelijke criteria in aanmerking komen voor aftrek.