De ontbinding vindt plaats op basis van de in artikel 16.4 gestelde voorwaarde in de koopakte. De woning aan [adres 2] is niet verkocht en het ziet er naar uit dat dit niet binnen de gestelde datum zal lukken, de gestelde datum is 12-11-2007.”
1.7 Bij brief van 28 november 2007 heeft de door [geïntimeerde] ingeschakelde rechtsbijstandverzekeraar hierop gereageerd. In die aan [appellanten] gerichte brief is vermeld dat [geïntimeerde] het beroep op de ontbindende voorwaarde niet rechtsgeldig acht en dat hij [appellanten] sommeert om de woning binnen acht dagen van hem af te nemen, bij gebreke waarvan hij aanspraak maakt op de overeengekomen boete van € 33.250,-.
1.8 Door de raadsman van [appellanten] is op 14 december 2007 op voormelde brief gereageerd. In die reactie hebben [appellanten] hun standpunt gehandhaafd dat door [makelaar 1] rechtsgeldig de ontbinding van de overeenkomst is ingeroepen en dat de koopovereenkomst derhalve is ontbonden. [appellanten] hebben voorts aangegeven dat zij al het redelijk mogelijke hebben gedaan om tot verkoop van hun woning te geraken.
1.9 Bij brief van onder meer 7 februari 2008 hebben [appellanten] [makelaar 1] casu quo [makelaar 2] aansprakelijk gesteld voor de schade die zij mogelijk lijden door de betwisting zijdens [geïntimeerde] van de rechtsgeldigheid van de ingeroepen ontbinding.
[makelaar 2] heeft aansprakelijkheid van de hand gewezen.
1.10 In opdracht van [geïntimeerde] heeft [register taxateur], als register taxateur o.z. verbonden aan Driehoek Taxateurs o.z. (hierna: [register taxateur]) een "second opinion" uitgevoerd ten aanzien van de woning van [appellanten] aan [adres 2]. In zijn hiervan opgemaakte rapport d.d. 26 maart 2008 is onder meer het volgende vermeld:
“de reële waarde van de woning bedroeg op peildatum (d.d. 12 november 2007) € 215.000,00 (zie rapport geveltaxatie). (…) Gezien de getaxeerde waarde en de vraagprijzen van vergelijkbare woningen lag de reële vraagprijs van getaxeerde woning tussen de € 217.500,-- en maximaal
€ 230.000,--.
(…)
De getaxeerde woning staat bij een NVM makelaar in de verkoop en is derhalve aangeboden op de site www.funda.nl. (…) Het overgrote deel van de woningzoekenden maakt bij het zoeken naar een geschikte woning gebruik van de site www.funda.nl. Als aanvullende verkoopacties kan onder andere gebruik gemaakt worden van een presentatie van de woning in de etalage, verkoopbord in de tuin en advertenties in kranten etc.
De getaxeerde woning is gelegen aan het water. Aan de andere zijde van het water ligt de drukke doorgaande weg Groningen – Delfzijl. Gezien de lage kosten en relatieve eenvoud is een “te koop” bord aan deze zijde van de woning een goede aanvulling op de verkooppresentatie. Of de woning hierdoor eerder verkocht zal worden is de vraag. Het gros van de potentiële kopers zal de woning vinden via de site www.funda.nl.
(…)
De gemiddelde duur dat woningen in 2007 in deze wijk te koop stonden variërend van 60 tot
120 dagen. Hierbij is uitgegaan van een reële vraagprijs.
(…)
Conclusie
Gezien de bovenstaande bevindingen alsmede de resultaten van de geveltaxatie kan geconcludeerd worden dat de kans dat de woning [adres 2] binnen twee maanden verkocht zou worden niet erg hoog is. De gemiddelde periode dat de woningen in deze straat/wijk te koop staan ligt tussen de 2 en 4 maanden. Voor een verkoop binnen deze periode is het echter wel noodzakelijk dat de vraagprijs scherp maar in ieder geval reëel is. De vraagprijs van € 249.000,-- wijkt zoveel af van de geschatte verkoopopbrengst, transactie- en vraagprijzen van vergelijkbare woningen dat het niet te verwachten is dat de woning met de huidige vraagprijs binnen vier maanden verkocht zal worden. Voor een reële verkoopkans had de verkoper een vraagprijs vast moeten stellen tussen de € 217.500,-- en € 225.000,-- (maximaal 230.000,--).”
1.11 Na het inroepen van de ontbinding door [appellanten] heeft [geïntimeerde] een makelaar ingeschakeld en op 20 november 2007 is de woning van [geïntimeerde] aan [adres] (wederom) als te koop aangemeld. In augustus 2008 is de woning van [geïntimeerde] verkocht aan een derde voor dezelfde prijs als met [appellanten] was overeengekomen (€ 332.500,-). De levering aan deze derde heeft plaatsgevonden in december 2008.
1.12 [appellanten] zijn er ook na de door hen ingeroepen ontbinding niet in geslaagd hun woning aan [adres] te verkopen en zij hebben de pogingen daartoe verder gestaakt.