ECLI:NL:GHLEE:2012:BW8932
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- K.E. Mollema
- J.M. Rowel - van der Linde
- J.H. Kuiper
- Rechtspraak.nl
Deskundigenrapport en geschil over de kwaliteit van de vloer in een mestkelder
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, stond de kwaliteit van de vloer van een mestkelder centraal. De appellante, Timmer- en Aannemingsbedrijf Oostrum B.V., had in eerste aanleg een vordering ingesteld tegen de geïntimeerden, die de kwaliteit van de geleverde werkzaamheden betwistten. De zaak draaide om de vraag of de betonnen vloer van de mestkelder voldeed aan de gestelde eisen, met name of de dekvloer overal de vereiste dikte van 30 mm had. De deskundige, benoemd door het hof, concludeerde dat de gemiddelde vloerdikte niet direct een maatstaf is voor de kwaliteit van de vloer, omdat de positie van het betonstaal bepalend is voor de betondekking. Deze conclusie werd door het hof onderschreven, wat leidde tot de vaststelling dat de stelling van de geïntimeerden over gebreken aan de vloer niet kon worden bewezen.
Het hof oordeelde dat de bewijslast bij de geïntimeerden lag, maar zij waren er niet in geslaagd om voldoende bewijs te leveren. Hierdoor werd de eerdere uitspraak van de rechtbank, die de vordering van de appellante had afgewezen, vernietigd. Het hof kende de appellante een bedrag van € 80.601,16 toe, vermeerderd met wettelijke rente, en veroordeelde de geïntimeerden in de proceskosten. Dit arrest markeert een belangrijke stap in de beoordeling van de kwaliteit van bouwwerkzaamheden en de verantwoordelijkheden van partijen in civiele procedures.