ECLI:NL:GHLEE:2012:BW2954
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Gerechtelijke erkentenis en tekortkoming in contractuele verplichtingen
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden diende, ging het om een hoger beroep van [appellante] tegen een vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 27 oktober 2010. [Appellante] had hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak waarin de rechtbank had geoordeeld dat zij haar contractuele verplichtingen niet was nagekomen met betrekking tot de levering van een onroerende zaak aan [geïntimeerden]. De rechtbank had de vordering van [geïntimeerden] toegewezen, met uitzondering van de buitengerechtelijke kosten, en [appellante] in de proceskosten veroordeeld.
In hoger beroep heeft [appellante] twee grieven ingediend. De eerste grief betrof de vaststelling door de rechtbank dat de koopovereenkomst was gesloten tussen [geïntimeerden] en [appellante]. [Appellante] stelde dat zij niet de verkoper was, maar dat een andere partij deze rol vervulde. De tweede grief betrof de conclusie van de rechtbank dat [appellante] tekort was geschoten in haar verplichtingen om de woning op tijd te leveren.
Het hof heeft vastgesteld dat de rechtbank in haar vonnis een aantal feiten had vastgesteld die niet ter discussie stonden, met uitzondering van de eerste grief. Het hof oordeelde dat [appellante] in haar conclusie van antwoord de stelling van [geïntimeerden] had erkend dat zij de koopovereenkomst had gesloten, wat leidde tot een gerechtelijke erkentenis. Dit betekende dat [appellante] als verkoper moest worden beschouwd, ongeacht de materiële waarheid.
Het hof concludeerde dat beide grieven van [appellante] faalden. De gerechtelijke erkentenis was niet herroepen en [appellante] had erkend tekort te zijn geschoten in haar verplichtingen. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde [appellante] in de kosten van het geding in hoger beroep.