ECLI:NL:GHLEE:2012:BW0828
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de uitvoering van een vaststellingsovereenkomst inzake de levering van onroerend goed
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in een kort geding dat betrekking heeft op de uitvoering van een vaststellingsovereenkomst tussen twee partijen, [appellant] en [geïntimeerde], die gezamenlijk eigenaar zijn van een onroerende zaak. De vaststellingsovereenkomst, gesloten op 30 augustus 2011, gaf [appellant] het recht om de helft van het aandeel van [geïntimeerde] in de onroerende zaak te kopen voor een bedrag van € 425.000,00, met een uiterste leveringsdatum van 1 oktober 2011. [appellant] heeft echter op de uiterste datum niet aan de levering meegewerkt, omdat hij de financiering niet rond kreeg. [geïntimeerde] heeft daarop een kort geding aangespannen om [appellant] te dwingen tot medewerking aan de levering en ontruiming van het door [appellant] gehuurde appartement.
De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van [geïntimeerde] toegewezen, met een maximering van de dwangsommen. [appellant] heeft in hoger beroep twee grieven ingediend, waarin hij betoogt dat de voorzieningenrechter ten onrechte heeft geoordeeld dat hij niet of afwijzend heeft beslist over de aankoop van het aandeel van [geïntimeerde]. Hij stelt dat de termijn van 1 oktober 2011 niet haalbaar was vanwege vertraging in de aanlevering van de huurcontracten door [geïntimeerde].
Het hof heeft de grieven van [appellant] verworpen en de uitspraak van de voorzieningenrechter bekrachtigd. Het hof oordeelt dat [appellant] niet voldoende heeft onderbouwd dat de vertraging in de financiering te wijten was aan [geïntimeerde]. Bovendien heeft het hof geoordeeld dat de termijn van de vaststellingsovereenkomst redelijk was en dat [appellant] zich aan de afspraken had moeten houden. De slotsom is dat [appellant] verplicht was om zijn aandeel in de onroerende zaak te leveren aan [geïntimeerde] voor het afgesproken bedrag, en dat hij in de kosten van het geding in hoger beroep is veroordeeld.