ECLI:NL:GHLEE:2011:BU8975
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A.W. Beversluis
- I.A. Vermeulen
- G.K. Schipmölder
- Rechtspraak.nl
Hoofdverblijfplaats en zorgregeling voor minderjarigen na echtscheiding
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, gaat het om de hoofdverblijfplaats en zorgregeling van vier minderjarige kinderen na de echtscheiding van hun ouders. De ouders zijn op 8 juni 2000 getrouwd, maar zijn begin 2008 feitelijk uit elkaar gegaan. De kinderen hebben in de periode na de scheiding bij de moeder gewoond, maar de vader heeft in hoger beroep verzocht om de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij hem vast te stellen. De rechtbank Assen had eerder bepaald dat de kinderen bij de moeder zouden blijven wonen, maar de vader was het hier niet mee eens en heeft hoger beroep aangetekend.
Het hof heeft de zaak op 27 oktober 2011 behandeld, waarbij beide ouders en vertegenwoordigers van Bureau Jeugdzorg aanwezig waren. De vader heeft verzocht om een zorgregeling waarbij de kinderen om de veertien dagen een weekend bij de moeder zouden verblijven. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen sinds de scheiding bij de moeder hebben gewoond, maar inmiddels ook bij de vader en zijn nieuwe vrouw. De kinderen hebben zich goed ontwikkeld bij de vader, en het hof heeft geconcludeerd dat het in het belang van de kinderen is om de hoofdverblijfplaats bij de vader te bepalen.
Het hof heeft ook benadrukt dat het van groot belang is dat de zorgregeling tussen de moeder en de kinderen maximaal wordt gefaciliteerd. Het hof heeft de Raad voor de Kinderbescherming opgedragen om een onderzoek te doen naar de zorgregeling en hierover te rapporteren. De beslissing van het hof is genomen met het oog op de belangen van de kinderen, die duidelijkheid en stabiliteit nodig hebben in hun woonsituatie. De beschikking van de rechtbank is vernietigd en de hoofdverblijfplaats van de kinderen is bij de vader vastgesteld, met de nadruk op het belang van contact met de moeder.