Parketnummer: 24-001379-10
Uitspraak d.d.: 24 oktober 2011
VERSTEK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen van 15 april 2010 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 18-652260-09 en 18-651871-09, tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1973],
wonende te [woonplaats], [adres] A.
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 10 oktober 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot niet-ontvankelijk verklaring van verdachte, met toepassing van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, in zijn hoger beroep. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
In het dossier bevindt zich een opgave van bezwaren zijdens de verdediging d.d. 10 december 2010.
Gelet hierop bestaat geen grond om toepassing te geven aan artikel 416, tweede lid, Sv.
Voor zover het hoger beroep gericht is tegen de vrijspraak van het onder 2 ten laste gelegde, zal het hof verdachte daarin niet ontvankelijk verklaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen en opnieuw rechtdoen.
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer 18-652260-09:
feit 2:
hij op of omstreeks 22 april 2009 te en in de gemeente [gemeente] als bestuurder van een voertuig (auto) dit voertuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 300 microgram, in elk geval hoger dan 220 microgram, alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn.
Zaak met parketnummer 18-651871-09 (gevoegd):
hij op of omstreeks 13 november 2009 te [plaats] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meer knopen van Hugo Boss kleding, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf]in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s).
Indien in de tenlasteleggingen taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het hof zal de tenlastelegging van het feit onder parketnummer 18-651871-09 verbeterd lezen, in die zin dat waar "2009" staat "2008" wordt gelezen. Er is hier sprake van een kennelijke misslag.
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het in de zaak met parketnummer 18-652260-09 onder 2 en in de zaak met parketnummer 18-651871-09 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
Zaak met parketnummer 18-652260-09:
feit 2:
hij op 22 april 2009 te en in de gemeente [gemeente] als bestuurder van een voertuig (auto) dit voertuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 300 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn.
Zaak met parketnummer 18-651871-09 (gevoegd):
hij op 13 november 2008 te [plaats] tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen knopen van Hugo Boss kleding, toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
het in de zaak met parketnummer 18-652260-09 onder 2 bewezen verklaarde levert op:
overtreding van artikel 8, tweede lid, onderdeel a van de Wegenverkeerswet 1994.
het in de zaak met parketnummer 18-651871-09 onder 1 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich op 13 november 2008 met zijn mededader schuldig gemaakt aan winkeldiefstal, een ergerlijke vorm van criminaliteit die voor winkeliers veel hinder en schade oplevert. Verdachte heeft met zijn handelen inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van de betreffende winkeleigenaar.
Het hof heeft gelet op een uittreksel uit het justitiële documentatieregister van 22 juli 2011 waaruit blijkt dat verdachte zich eerder aan soortgelijke vermogensdelicten heeft schuldig gemaakt.
Het hof acht gelet op het voorgaande en met name gelet op de recidive ter zake van vermogensdelicten, voor de onderhavige diefstal, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf noodzakelijk, van de duur door de politierechter opgelegd.
Daarnaast heeft verdachte zich op 22 april 2009 schuldig gemaakt aan het rijden onder invloed. Door in een dergelijk toestand aan het verkeer deel te nemen, heeft de verdachte de verkeersveiligheid in gevaar gebracht en heeft hij zijn verantwoordelijkheid als verkeersdeelnemer veronachtzaamd.
Uit voornoemd uittreksel blijkt niet dat verdachte eerder is veroordeeld ter zake van het rijden onder invloed.
Het hof neemt bij de strafoplegging als uitgangspunt de daarvoor gelden oriëntatiepunten ter zake van overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994. In de onderhavige situatie is - gelet op deze oriëntatiepunten - een geldboete van 300 euro subsidiair 6 dagen vervangende hechtenis passend en geboden.
Gelet op bovenstaande acht het hof een straf zoals door de politierechter is opgelegd passend en geboden.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 23, 24, 24c, 57, 63, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 8 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de vrijspraak van het in de zaak met parketnummer 18-652260-09 onder 1 ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 18-652260-09 onder 2 en in de zaak met parketnummer 18-651871-09 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 18-652260-09 onder 2 en in de zaak met parketnummer 18-651871-09 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) dagen.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Veroordeelt de verdachte tot een geldboete van EUR 300,00 (driehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 6 (zes) dagen hechtenis.
Aldus gewezen door
mr. P.J.M. van den Bergh, voorzitter,
mr. W.M. van Schuijlenburg en mr. B.F. Keulen, raadsheren,
in tegenwoordigheid van G.G. Eisma, griffier,
en op 24 oktober 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. B.F. Keulen is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.