ECLI:NL:GHLEE:2011:BP1195
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A.H. Garos
- G.M. van der Meer
- H.J. de Ruijter
- Rechtspraak.nl
Bepaling van kinderalimentatie en de rol van zakgeld in de draagkracht van de vader
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, ging het om de vaststelling van de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige [naam], geboren op [1995]. De man, appellant, had in hoger beroep verzocht om de eerdere beschikking van de rechtbank Groningen te vernietigen, waarin zijn bijdrage was vastgesteld op € 211,- per maand met ingang van 28 juli 2009 en € 268,- per maand met ingang van 1 januari 2010. De man stelde dat hij niet in staat was om deze bedragen te betalen en dat de kosten van zakgeld niet als een last konden worden afgewenteld op de kinderalimentatie. De vrouw, geïntimeerde, had de hoogte van de bijdrage betwist en verzocht om handhaving van de eerdere beschikking.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. Het hof oordeelde dat het betalen van zakgeld aan de minderjarige niet kan worden beschouwd als een noodzakelijke last die voorrang heeft boven de alimentatieverplichting. De man moet zakgeld betalen uit zijn vrije ruimte, en alleen met instemming van de vrouw kan een deel van de kinderalimentatie als zakgeld aan de minderjarige worden gegeven. Het hof heeft vastgesteld dat de man vanaf 1 juli 2010 een bedrag van € 261,- per maand kan betalen voor de verzorging en opvoeding van [naam].
De beslissing van het hof was om de eerdere beschikking te vernietigen voor de periode vanaf 1 juli 2010 en de nieuwe bijdrage vast te stellen op € 261,- per maand. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof heeft de eerdere beschikking voor het overige bekrachtigd. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak om de draagkracht van de alimentatieplichtige goed in kaart te brengen, evenals de rol van extra kosten zoals zakgeld in de alimentatieverplichtingen.